Tagarchief: Jan Paul van Soest

Klimaatbullshit hoeft niet mee te wegen

Gastblog van Jan Paul van Soest, eerder verschenen op EnergiePodium

Of conservatief Nederland eens kan ophouden met het ontkennen van de klimaatfeiten, vroeg ik me in mijn vorige column op Energiepodium af. Zou het niet mogelijk zijn een goed doordachte conservatieve beleidsvisie te maken die wel de werkelijkheid als uitgangspunt als uitgangspunt neemt, maar die vervolgens op basis van het conservatieve gedachtegoed beargumenteert waarom er toch geen beleid of een andersoortig beleid zou moeten worden gevoerd? Het maatschappelijk debat is daarmee gediend, terwijl klimaatdrogredenen niet als basis voor beleidsvorming kunnen gelden.

De column is veel gedeeld en besproken, via social media, linkedin en herplaatsing op het populair-wetenschappelijke blog Klimaatverandering dat ook een reactieplatform biedt.

Maar de kwaliteit van de reacties uit die conservatieve hoek vallen me niet mee, moet ik zeggen. Laat ik echter eerst een eervolle vermelding uitreiken, aan Jilles van den Beukel, die een doordachte visie als antwoord op mijn uitdaging neerlegde in Energeia en die als prijs hiervoor een exemplaar van De Twijfelbrigade tegemoet kan zien. Zoiets was de bedoeling: kom eens met een op feiten gebouwde consistente beleidsargumentatie vanuit het conservatieve gedachtegoed. Van den Beukel pakte de handschoen op, maar wijst er op dat zijn bijdrage eerder als liberaal dan als conservatief moet worden gezien. Daar heeft hij gelijk in, en dat maakt de conclusies over wat het conservatisme in het klimaatdebat vermag alleen maar schrijnender. Een liberale beleidsvisie met de wetenschap als vertrekpunt is mogelijk, maar een conservatieve? Of een populistische, laten we het breed houden? Zo’n visie lijkt me denkbaar, maar ik heb er een hard hoofd in dat ‘ie er ook komt. Lees verder

Graag conservatieve meningen, geen feitenvrije kulkoek

Gastblog van Jan Paul van Soest, eerder verschenen op Energiepodium

Jawel hoor. Het was even een paar dagen koel in augustus, en meteen uitten verschillende conservatieve politici en columnisten hun twijfel over de opwarming van de aarde, en over de mens als de oorzaak. Gemiste kans: het energie- en klimaatbeleid staat voor grote uitdagingen en afwegingen, en in dat debat mag een goed beargumenteerd conservatief geluid niet ontbreken.

Echter, erkenning van de feiten is wel een entreekaartje tot dat debat en de besluiten die eruit voortvloeien. Een mening die op misinformatie en nonsens berust, hoeft niet serieus te worden genomen. “It’s not your opinion, you’re just wrong” luidde de titel van een veelgeciteerd artikel in de Houston Press, 4 jaar geleden. De schrijver, Jef Rouner, beargumenteert dat een mening geen mening is als iemand de feiten aan zijn laars lapt, het is slechts een feitelijke onjuistheid, niet meer en niet minder.

Stel, iemand beargumenteert in een debat over vaccinatie dat vaccinatie niet verplicht moet worden omdat vaccins autisme veroorzaken. De oorspronkelijke claim van een verband tussen vaccinatie en autisme berustte op een frauduleus onderzoek, dat werd teruggetrokken, en talloze onderzoeken daarna wezen uit: er is géén verband. De bewering dat vaccins autisme veroorzaken, kan dus nooit als argument voor of tegen verplichte vaccinatie gelden. Wie tegen vaccinatie is, zal zich van andere, wel verdedigbare argumenten moeten bedienen: moreel-ethische en/of feitelijk juiste argumenten. Hetzelfde geldt voor de mening dat HIV-remmers niet zouden moeten worden verkocht omdat AIDS een bedenksel is van de farmaceutische industrie om de omzet te vergroten. Dat is kulkoek, en dus geen relevante mening die mee hoeft te wegen in het maatschappelijke of politieke debat. Lees verder

Het weer is warmer dan het klimaat (in het vroege Antropoceen)

Enkele dagen geleden zag ik een serie van vier tweets voorbijkomen van Kees van der Leun.

Het leek me wel aardig om uit te zoeken wanneer de jaargemiddelde temperatuur voor het laatst lager was dan het gemiddelde over de voorafgaande 30 jaar. En dus toog ik spoorslags naar het onvolprezen Woord for Trees, dat naast die geweldige tool om met enkele muisklikken grafieken te maken, ook de mogelijkheid biedt om gegevens in hapklare brokken te downloaden. Dat moest ik wel even doen, want de grafiek die ik nodig had hoort niet bij de standaard opties van Wood for Trees.

Na het downloaden was het klusje zo geklaard: ik had een grafiek met het antwoord. Waarna ik me begon af te vragen wat ik ermee aan kon vangen. Liep ik niet het risico met hoon te worden overladen als ik mijn grafiekje openbaar zou maken? Immers, volgens de regels der kunst in de statistiek hoort een voortschrijdend gemiddelde uitgelijnd te worden op het midden van een periode en niet op het eind, zoals ik voor mijn 30 jaars gemiddelde had gedaan. Dat was immers nodig om het antwoord op de vraag te krijgen. Medeblogger Jos stelde me gerust. Ik zou niet de enige zijn die zich niet aan de statistische mores houdt: in de wereld van de aandelenhandel blijkt het heel gebruikelijk te zijn om op deze manier een voortschrijdend gemiddelde weer te geven als hulpmiddel bij het beleggen. Als de actuele waarde hoger ligt dan het voortschrijdend gemiddelde, ziet men daar zelfs een aanwijzing in voor verdere groei. Zover wil ik niet gaan. Voor de verwachting dat de temperatuur verder zal stijgen, bestaan bewijzen die veel overtuigender zijn.

Bovendien: het klimaat is gedefinieerd als het gemiddelde weer over een periode van (minstens) 30 jaar. Omdat we het weer van de komende 15 jaar niet kennen, denk ik dat het ook wel redelijk is om het klimaat te definiëren als het gemiddelde weer van de afgelopen 30 jaar. Mijn grafiek vergelijkt dus het actuele wereldweer (in blauw) met het actuele wereldklimaat (in rood), volgens NASA’s GISTEMP.

gisstemp30j

Het wereldweer (gemiddelde over 12 maanden, in blauw) en wereldklimaat (gemiddelde over 30 jaar, in rood) volgens NASA’s GISTEMP data

De laatste keer dat de jaargemiddelde temperatuur lager was dan het 30 jaars gemiddelde was: maart 1977. Dat is meer dan 30 jaar geleden. We kunnen dus concluderen dat weer dat warmer is dan het klimaat een kenmerk van het huidige wereldklimaat is.

Tot slot nog iets heel anders: zoals via Twitter het idee voor een grafiekje aanwaaide, verscheen via Youtube een interview met Jan Paul van Soest op mijn scherm. Het is de moeite van het bekijken meer dan waard.

Wat je zegt ben je zelf – Maarten Keulemans bekritiseert de schrijver, niet het boek

Het net verschenen boek “De Twijfelbrigade” van Jan Paul van Soest, was voor Maarten Keulemans aanleiding voor een blogstukje. Een schrijfsel met een hoog wat-je-zegt-ben-je-zelf-gehalte. Waar de meeste mensen aan het begin van hun tienerjaren tot het inzicht komen dat er veel betere argumenten zijn dan een “tu quoque”, lijkt de chef wetenschap van De Volkskrant best trots te zijn op zijn gebruik van de meest kinderachtige der drogredenen. Nu zou dat nog een beetje te begrijpen zijn, als hij er in geslaagd was een uitzonderlijk staaltje hypocrisie bloot te leggen. Dat is niet zo. Hij heeft slechts stropoppen.

Keulemans constateert dat Jan Paul van Soest, evenals verschillende betrokkenen bij zijn boek en de presentatie daarvan, ondernemers zijn die verdienen aan duurzaamheid. Veel journalistiek onderzoekswerk heeft hij niet hoeven doen voor die constatering: deze mensen komen daar namelijk altijd rond voor uit bij hun publieke publicaties of presentaties. Dat ze hun geld verdienen met een onderwerp waar ze mee begaan zijn kan ook geen probleem zijn: wie van schrijven houdt wordt journalist, wie het onbegrijpelijke wil begrijpen wordt kwantumfysicus, wie in geld geïnteresseerd is wordt bankier of accountant en wie duurzaamheid belangrijk vindt wordt duurzaam ondernemer. En zoals de journalist verstand heeft van journalistiek, de kwantumfysicus van kwantumfysica en de bankier en de accountant van geld, weet de duurzaam ondernemer het een en ander van duurzaamheid. Zijn inzichten en meningen hierover wil hij uitdragen; zijn keuze om de kost te verdienen met duurzaamheid vloeit immers voort uit zijn betrokkenheid. Daar kun je moeilijk iets tegen hebben, toch?

Misschien denkt Maarten Keulemans dat Jan Paul van Soest bedrijven of personen die belang hebben bij fossiele brandstoffen het recht wil ontzeggen om voor zichzelf op te komen. Dat heeft hij dan verkeerd begrepen. Het gaat er helemaal niet om dat belanghebbenden voor zichzelf opkomen, het punt is dat ze niet met open vizier strijden: ze verbergen zich achter allerlei “denktanks” en “instituten”, ze verdraaien de wetenschap en brengen zelf pseudowetenschappelijke artikelen en rapporten uit, ze besmeuren en belasteren wetenschappers die alleen maar hun werk doen, enzovoort. Vindt Maarten Keulemans dat zulke praktijken niet blootgelegd mogen worden? Of, nog erger, insinueert hij nu dat de duurzaam ondernemers die hij met naam en toenaam noemt het ook niet zo nauw nemen met de wetenschappelijke feiten en moraal?

Dan volgt de overbekende stropop over onheilsprofeten – dit keer duurzaam ondernemers – die hel, verdoemenis en het einde der tijden zouden verkondigen, vergezeld door de even bekende valse tegenstelling: zolang we niet “niet in rap en voorspelbaar tempo opmarcheren naar de afgrond”, valt het allemaal reuze mee. Het is Keulemans al eerder uitgelegd dat degenen die voor duurzaamheid pleiten meestal juist optimisten zijn: ze zijn er van overtuigd dat we iets aan het probleem van de klimaatverandering kunnen doen zonder onverantwoord grote offers te brengen, als we tenminste bereid zijn de risico’s onder ogen te zien. Duurzaam ondernemers geloven daar zo in, dat ze er hun leven van hebben gemaakt. Lees verder

De Twijfelbrigade

Jan Paul van Soest is bij de regelmatige bezoeker van Klimaatverandering waarschijnlijk bekend (zie bijvoorbeeld dit gastblog). Jan Paul heeft een interessant nieuw boek geschreven over de achtergronden van de klimaatscepsis met als titel: De Twijfelbrigade. Het boek is vandaag gepresenteerd in De Balie in Amsterdam met aansluitend een debat onder leiding van Professor Pier Vellinga.


Lees verder

Bizarre column Eppink in NRC over klimaatdebat

In het NRC van 7 juni stond een bizarre column van Derk Jan Eppink over klimaatverandering. Zo’n stukje waarvan je je afvraagt of het serieus is of misschien satirisch bedoeld is, en of je er nu om moet huilen of lachen.

Een rode draad van zijn betoog is moeilijk te vinden tussen wat als een heuse complottheorie of nieuwe religie wordt voorgesteld. Hij ageert tegen het feit dat bijvoorbeeld de BBC en andere mainstream media vooral een wetenschappelijk gefundeerd geluid laten horen over klimaatverandering. Zo zegt hij het natuurlijk niet, maar daar komt het wel op neer. Hij beroept zich bijvoorbeeld op nieuwslezer Sissons als hij schrijft dat

de BBC met welhaast religieuze zendingsdrift tot de conclusie kwam dat andersdenkenden de mond moest worden gesnoerd

Geachte heer Eppink: Iedereen heeft recht op een eigen mening. U ook. Maar u heeft geen recht op uw eigen feiten. Wetenschap is geen democratie of lagere schoolklas waar degene die het hardste schreeuwt gelijk krijgt. In de wetenschap draait het om bewijsvoering; om een rationele interpretatie van de feiten in de juiste context; en op die manier er achter komen wat de meest waarschijnlijke verklaring is.

De meest logische manier voor de media om te berichten over wetenschappelijke onderwerpen is door bij die wetenschap te rade te gaan: Wat wordt er door hen gezegd en geschreven? Waar zijn ze het globaal over eens (voorbeeld: De recente opwarming van de afgelopen 50 jaar is hoogstwaarschijnlijk voor het grootste deel door menselijke activiteiten veroorzaakt), en waar vinden nog verhitte debatten over plaats op wetenschappelijke fora (voorbeeld: In hoeverre draagt mechanische instabiliteit van de grote ijsmassa’s op Groenland en Antarctica bij aan zeespiegelstijging, nu en in de toekomst?).

Aan iemand die beweert dat roken geen schadelijke effecten heeft op de gezondheid wordt door de media geen aandacht besteed, en dat is maar goed ook. Het wordt hoog tijd dat we diezelfde logica ook gaan toepassen bij onzinverhalen over klimaatverandering. Als 97% van de klimaatwetenschappers het erover eens zijn dat de mens in grote mate verantwoordelijk is voor de huidige opwarming, dan zou de berichtgeving in de media vooral moeten laten zien waar de experts het over eens zijn. Als de helft van de tijd 1 tot 3% van de experts, die een wetenschappelijk extreem standpunt innemen, aan het woord wordt laten, geeft dat een heel vertekend beeld van hoe de wetenschap als geheel het onderwerp beziet. Daar is niemand bij gebaat. Nou, niemand…

Kan het zijn dat die 97% het fout heeft, en die 1% (de andere 2% had geen mening) gelijk? Natuurlijk kan dat. Alles kan. Maar hoe waarschijnlijk is het? En wat is het risico te vertrouwen op de ene dan wel de andere kant van het verhaal? Wat zijn de mogelijke niet-wetenschappelijke motieven om een bepaalde theorie aan te hangen? Hoe logisch is de ene versus de andere interpretatie? Dat zijn de belangrijke vragen. Oreskes geeft een goede beschrijving van hoe de wetenschap tot haar relatief eensgezinde standpunt (tenminste over de rode draad) is gekomen (namelijk op basis van verschillende wetenschappelijke methoden en een scala aan onafhankelijke aanwijzingen) en laat zien dat het daarom heel onwaarschijnlijk is dat zij er fallikant naast zitten.

Een viertal reacties op het stuk van Eppink zijn in het NRC van 10 juni verschenen. Anne van Loon (Hydroloog, Wageningen Universiteit) haakt in op hetzelfde punt als ik, en zegt het wellicht nog iets scherper (links door mij toegevoegd):

Het is een manco in de journalistiek dat beide kanten van een zaak altijd gelijkwaardig moeten worden belicht en dat beide partijen evenveel stem moeten krijgen. In de klimaatdiscussie zijn de partijen niet gelijkwaardig. Aan de ene kant staan bijna alle wetenschappers die zich direct of indirect met het klimaat bezighouden. Aan de andere kant staan een paar schreeuwlelijken, meestal economen of sociologen, of een Tsjechische president. Zij denken dat sprake is van een complot, dat de wetenschappers samenspannen om ervoor te zorgen dat de burger niet meer in zijn autootje mag rijden. Dit is onzin.

Ook Eco Matser (Hivos) noemt de brede consensus die er onder klimaatwetenschappers bestaat. Bart Strengers (PBL) en Jan Paul van Soest (De Gemeynt) laten zien dat de voorbeelden die Eppink aanhaalt niet kloppen:

In één van de drie vuistdikke rapporten – deel II, over de gevolgen van klimaatverandering stonden enkele fouten. Eén daarvan was echt storend. In Deel I, dat de onderliggende natuurwetenschap behandelt, is geen serieuze fout aangetroffen.

Van manipulatie van temperatuurgegevens is geen sprake. Dat is eenvoudig na te gaan door bijvoorbeeld de ruwe data te vergelijken met de opgeschoonde data: Daar zit geen stelselmatig verschil tussen (zie hier en hier).

Ook haalt Eppink de meest gebruikte drogreden van stal: het klimaat verandert altijd, zelfs al in de tijden dat mensen in grotten woonden. Ja, en wat dan nog? We kennen de oorzaken van klimaatverandering uit het verleden heel behoorlijk – zon, vulkanen, ijsbedekking, CO2 en andere broeikasgassen. De huidige toename van broeikasgassen in de atmosfeer komt aantoonbaar door de verbranding van fossiele brandstoffen. Dit verandert het klimaat, boven op de natuurlijke variaties. Bij ongewijzigd beleid kunnen de gevolgen van klimaatverandering voor natuur, gezondheid en economie groot zijn.

Bosbranden komen ook van nature voor. Toch is er niemand die dat als reden gebruikt om te beweren dat bosbranden niet door mensen kunnen worden aangestoken. De redenering van Eppink is gespeend van elke logica.

Wouter van Dieren (IMSA) tapt weer uit een heel ander vaatje en zet de tegenaanval in: Tegenover de zg “linkse kerk” zet hij een “rechtse kathedraal”:

de overtuiging dat de vrije markt en de individuele vrijheid worden bedreigd door op wetenschap gebaseerde interventies, zoals een verbod op roken, klimaatmaatregelen, verplichte verzekeringen et cetera.

Ik denk inderdaad dat veel verzet tegen de klimaatwetenschap ideologische grondslagen heeft, maar zou ervoor waken om de nadruk al te sterk op een links-rechts tegenstelling te leggen: In de zoektocht naar een duurzame samenleving zullen we mensen met diverse politieke voorkeuren nodig hebben. We moeten juist ervoor zorgen dat de wetenschap weer op haar waarde wordt beoordeeld, en dat doen we m.i. door de politieke lading er juist vanaf te halen i.p.v. het te versterken. Door een politieke stroming als “anti” te bestempelen wordt het debat nog meer gepolariseerd en gepolitiseerd.

De infrarood absorberende eigenschappen van CO2 trekken zich niets aan van de politieke voorkeur van deze of gene. Dat is wat mij betreft de hoofdboodschap in deze gepolitiseerde discussie.

Ejo Schrama (TU Delft) schetst op zijn blog heel mooi de context van het maatschappelijk debat en geeft ook en andere verklaring voor het skepticisme:

het is namelijk een gevecht van “de kleine man” tegen “de grote boze buitenwereld” die hem iets oplegt. De “kleine man” meent namelijk dat klimaatverandering een verzinsel is, ziet alleen de negatieve gevolgen die hem direct in zijn portemonnaie raken, zoals meer belasting betalen of een hogere energierekening. De grote boze buitenwereld is in dit wereldbeeld de grote schuldige, en daarachter zit “de wetenschap” of nog erger, “de linkse politiek” die zo zot is om naar de geleerden in het ivoren torentje te luisteren.

En vervolgt kort en krachtig:

ons klimaat verandert door menselijk toedoen, dit is een wetenschappelijk feit. De consequenties van dit probleem worden steeds duidelijker, en uitstel met het zoeken naar oplossingen betekent dat de rekening alleen maar hoger wordt voor toekomstige generaties.

Relevante oudere blogs:

Moet de deur open voor skeptici? (feb 2010)

Klimaatsceptici raken ver verwijderd van de werkelijkheid (juli 2008)

Dat is een van mijn eerste, maar ook een van mijn beste blogartikelen al zeg ik het zelf. Het eindigt met de volgende oproep:

Over politieke opties, bijvoorbeeld op het gebied van energiepolitiek, verschillen de meningen. En verschillende meningen moeten gehoord worden. Maar laat dan wetenschappelijk aantoonbare onwaarheden achterwege. Die dragen namelijk niet bij aan de discussie. Integendeel.

Column Eppink (click voor vergroting):

Reacties van Loon, Matser, en Strengers en van Soest

Reactie van Dieren

Dankjewel Jan Paul van Soest voor Blog Award!

Tot mijn verrassing kreeg ik een paar dagen geleden van Jan Paul van Soest een ‘blog award’ uitgereikt. Die neem ik dankbaar ik ontvangst; dankjewel Jan Paul! Evenals de Woody Guthrie award, die ik een paar weken terug kreeg voor m’n Engelstalige blog, is dit een “virtuele prijs van bloggers onder elkaar”. Komt al het goede dan toch in tweeën?

Jan Paul van Soest houdt zelf een heel goed doordachte blog bij. Ik vond met name zijn posts over bottom-up versus top-down duurzaamheid interessant en stemmen tot nadenken: Duurzaamheid onderlangs of bovenover? en Het doolhof van de duurzame keuzes. Hij houdt daarin een sterk pleidooi dat structurele veranderingen noodzakelijk zijn om duurzaamheid te bereiken en noemt zichzelf een ‘structuralist’ in tegenstelling tot ‘individuele verantwoordelijksdenkers’. Hij geeft wel aan dat hij de zaken graag van verschillende kanten bekijkt (dat herken ik):

het enthousiasme, de inspiratie, de drive is vooral bottom-up; maar als niet top-down absolute grenzen worden ingesteld, blijft het dweilen met de kraan open. En als die absolute grenzen er dan zijn, is uiteindelijk de enige effectieve actie die grenzen verder naar beneden brengen. Maar er zijn maar weinig beleidsmakers bereid top-down te doen wat nodig is. Dat geldt zeker voor Nederland. Dat zal dus door de Vereniging van Duurzame bottom-uppers moeten worden afgedwongen. 

Ik ben even gaan zoeken wat die blog award inhoudt, of er een verhaal, een geschiedenis aan vast zit. Jan Paul kreeg hem van Annelies Roon van het groene web, en zij van stadsakker, waarop werd uitgelegd wat de opzet van de award is: 

Geef deze award door om anderen te attenderen op leuke, mooie en inspirerende blogs. De spelregels zijn eenvoudig:

  • Je maakt een verwijzing naar de blog en/of persoon die je de award heeft gegeven.
  • Geef vervolgens de award door aan 3 tot 5 van je favoriete blogs en maak in je bericht een koppeling naar deze blogs.
  • Laat een berichtje achter op deze blogs dat ze een Award gewonnen hebben.

Het is de bedoeling dat er vooral aandacht wordt gegeven aan beginnende of nog niet zo bekende blogs.

Met 3 tot 5 awards te vergeven zijn er al snel veel winnaars natuurlijk, en inderdaad kwam ik al snel op een tiental blogs terecht. De lineage gaat via De Dakboerin, Groen Gedoe, en op Natuurlijk Zuinig kwam ik iets tegen dat op een logo lijkt en dat een aantal keer was doorgegeven:

 

Wat wel grappig is, is dat veel van deze en andere blogs in de award stamboom juist sterk inzetten op individueel handelen, bottom-up duurzaamheid, in tegenstelling dus tot Jan Paul van Soest. Ik zit meer op de lijn van Jan Paul, maar evenals hij zie ik dat beide benaderingen nodig en zinvol zijn.

Ik geniet nog even van mijn award voordat ik hem verder geef. De oorsprong lijkt in het Nederlands taalgebied te liggen, dus daar zal ik in eerste instantie zoeken voor een waardige opvolger (of meer). Aangezien de meeste blogs die ik lees Engelstalig zijn, kan ik wel wat pointers gebruiken naar kleine diamanten onder de Nederlandse klimaat en duurzaamheid blogs, dus geef maar suggesties!