Tagarchief: Geert Wilders

De aarde warmt op door de mens. Dat is overvloedig aangetoond, en derhalve is er binnen de klimaatwetenschap brede consensus over.

Uit meerdere, onafhankelijke studies blijkt dat verreweg de meeste klimaatwetenschappers het eens zijn dat de aarde opwarmt door toedoen van de mens. Dat is ook vrij logisch, als je de wetenschappelijke achtergrond begrijpt. Sommige van deze studies zijn op basis van enquêtes onder klimaatwetenschappers, en andere concluderen dat op basis van de wetenschappelijke literatuur. De bekendste studie van de laatste categorie is die van John Cook et al, één van de vijf studies die een consensus van 97% of hoger vond. Deze wordt vaak aangehaald, en vaak bekritiseerd, tot in de Nederlandse Tweede Kamer aan toe. De argumenten die tegen Cook’s onderzoek naar voren worden gebracht snijden echter geen hout.

En niet onbelangrijk, uit de verscheidenheid aan studies komt ook naar voren dat de mate van overeenstemming sterker is onder groepen met meer relevante expertise. Zo is de consensus hoger onder publicerende klimaatwetenschappers dan onder aardwetenschappers in het algemeen. Dat is ook vrij logisch: die eerste groep weet er waarschijnlijk meer van. De mensen die het hardste roepen dat de wetenschappelijke conclusies er compleet naast zitten hebben zelf vrijwel nooit relevant onderzoek verricht.

Dat de grote lijnen goed bekend zijn wil overigens niet zeggen dat we alles weten; over allerlei details en ‘cutting edge’ onderzoek (bijv over hoe snel de West-Antarctische ijskap instabiel kan worden) blijven wetenschappers natuurlijk flink bakkeleien. Met de wapens van de wetenschap: solide argumentatie op basis van goed begrepen theorieën en goed uitgevoerde metingen, waarbij ze elkaar continue scherp houden door inhoudelijke feedback en kritiek.

Lees verder

Stap 1: Politiseren Stap 2: Onschadelijk maken

Dit lijkt verdacht veel op het recept dat Leegte heeft gevolgd in zijn uitlatingen over het KNMI:

Stap één in die strategie is de politisering van een maatschappelijk instituut, dat bekendstaat om zijn ‘onafhankelijkheid’ en ‘neutraliteit’. (…)

Na deze politisering volgt meestal stap twee: het onschadelijk maken van het instituut.

Dit gaat echter niet over Leegte, maar over Wilders. Vlammend neergepend door Rob Wijnberg in maart van dit jaar:

In de afgelopen zes jaar heeft Wilders op die manier bijna ieder denkbaar onderdeel van het publieke domein politiek verdacht gemaakt.

Rechters zijn D66’ers in toga; wetenschappers zijn milieuactivisten in schaapskleren; journalisten zijn PvdA’ers met een blocnootje; het Koningshuis is een spreekbuis voor de multiculticlan; het onderwijs is de indoctrinatiemachine van cultuurrelativisten; de kunstsector is een hobby van elitaire bobo’s. Met andere woorden, ieder instituut is stiekem ook onderdeel van de ‘linkse kerk’ en haar agenda.

Hij legt uit dat deze strategie uiterst effectief is. Zoals in feite elke complottheorie valt het namelijk niet te ontkrachten. Elke redenering dat de theorie niet klopt wordt gezien als onderdeel van het complot, en is dus verdacht. Wijnberg:

Tegen politisering valt, kortom, niks in te brengen. Het maakt niet uit hoeveel onderzoek je aandraagt om te ‘bewijzen’ dat de publieke omroep, de rechtbank of de wetenschap helemaal niet zo ‘links’ is als wordt beweerd: de bewering dat het betreffende onderzoek zelf ook een product is van die ‘kerk’ (‘de UvA is een PvdA-bolwerk’; ‘de Volkskrant is een links parochieblaadje’) is voldoende om haar te diskwalificeren. Oftewel: er zijn geen feiten, er is slechts politiek.

Daaruit volgt de tweede reden waarom Wilders’ strategie zo genadeloos effectief is: het raakt de huidige linkse, progressieve (constitutionele) partijen in hun meest fundamentele filosofische aanname, namelijk dat de wereld zich ‘rationeel’ laat begrijpen aan de hand van ‘feiten’. Dat wil niet zeggen dat alleen links zich ‘bij de feiten houdt’, terwijl rechts de ‘waarheid verdraait’: nee, links gaat ervan uit dat feiten voor zich spreken en dus niet ingebed hoeven te worden in een retorische omgeving die ze de gewenste lading geeft.
Kijk maar naar het meest recente campagnefilmpje van de PvdA: die toont een opsomming van bedragen (‘Kinderopvang 84 euro duurder’; ‘Hogere huren 180 euro’; ‘Bonussen voor bankiers: 447 miljoen’) en eindigt dan met de conclusie ‘Het moet eerlijker’. De aanname hierachter is dat ieder rationeel wezen dezelfde definitie van rechtvaardigheid koestert en de cijfers dus ‘uitwijzen’ dat dit kabinet asociaal is. Dat is niet zo: werkelijkheid en moraal worden niet alleen ingegeven door ‘feiten’, maar evenzeer door taal en emoties; je kunt kinderopvang ook als elitaire hobby zien, of bonussen als een meritocratisch ideaal. Wilders zegt dan ook nooit hoeveel immigranten er naar Nederland komen, hij zegt alleen dat ‘de kraan wagenwijd openstaat’. Dat is de kunst van de retoriek: de werkelijkheid een kleur geven die in jouw voordeel is.

Deze dynamiek zie je duidelijk terug in de politisering van het klimaatdebat: Wetenschappers (bij uitstek een rationele bezigheid waarbij men probeert de cijfers voor zich te laten spreken) communiceren slechts de feiten en denken dat mensen dan automatisch de conclusie zullen trekken dat er ingegrepen moet worden. Helaas pindakaas, zo simpel werkt het niet.

Al met al laat de episode “Leegte” zien dat de verwildersing van de Nederlandse politiek steeds verder gaat.

Een gebrek aan scherp inzicht valt Rob Wijnberg niet te verwijten. Ik refereerde al eerder aan een stukje van hem over het verschil tussen achterdocht en scepsis.