Tagarchief: record

Waarom Arctisch zee-ijs niemand koud zou moeten laten

Gast-blog van Neven.

Het Arctisch zee-ijs lijkt een nieuw record minimum te hebben bereikt, enkele weken voordat het zomerminimum doorgaans bereikt wordt. Het Arctisch zee-ijs smelt de laatste decennia ’s zomers veel meer dan in de voorafgaande eeuwen het geval was. Dit seizoensgebonden smelten gaat sneller dan verwacht werd door klimaatwetenschappers. Hoewel het smelten van zee-ijs niet direct tot een stijgende zeespiegel leidt (behalve dan een klein effect vanwege het verschil in zout-gehalte) zijn er wel degelijk consequenties aan de teloorgang van het Arctisch zee-ijs. Daarover gaat deze gast-blog van Neven, die een zeer informatief (Engelstalig) blog bijhoudt over Arctisch zee-ijs.

Arctisch zee-ijs werd ongeveer 47 miljoen jaar geleden een terugkerend fenomeen op de Aarde. Sinds de huidige ijstijd zo’n 2,5 miljoen jaar geleden begon, is de Arctische Oceaan volledig bedekt met een laag zee-ijs. Alleen tijdens interglacialen, zoals nu, smelt een deel van dat zee-ijs in de zomer omdat de top van de planeet tijdens de zomermaanden meer naar de Zon gericht is en dus grote hoeveelheden zonlicht ontvangt. Als de winter begint, ontstaat op het ijsvrije deel van de Arctische Oceaan weer een nieuwe laag ijs.

Vanaf het moment dat de menselijke beschaving ontstond, 5000 tot 8000 jaar geleden, was deze jaarlijkse cyclus van smeltend en weer terugvriezend Arctisch zee-ijs min of meer constant. Er zijn periodes geweest waarin wat meer zee-ijs smolt in de zomer, en periodes waarin er minder smolt. Onlangs heeft er echter een radicale verschuiving plaatsgevonden. Satellieten geven sinds een paar decennia een gedetailleerd beeld van het Arctische gebied en in die tijd is er een onmiskenbare reductie in de zomerse zee-ijsbedekking waargenomen. Toen in 2007 het vierde IPCC-rapport uitkwam, dacht men over het algemeen dat het Arctische gebied ergens tegen het einde van deze eeuw ijsvrij zou kunnen worden. Maar veranderingen voltrekken zich in zo’n hoog tempo dat de meeste experts nu denken dat het rond 2030 zou kunnen gebeuren. Sommigen zeggen zelfs dat het al dit decennium zover zou kunnen zijn.

Lees verder

Waarom was april zo warm?

Via Klimaatportaal en KNMI:

De afgelopen maand was uitzonderlijk zacht. De gemiddelde temperatuur over de hele maand april was in De Bilt 13,1 graden. Daarmee evenaart april 2011 het warmterecord 2007 en bereikt de hoogste waarde sinds het begin van de metingen in 1706. Gemiddeld over 1981-2010 bedraagt de temperatuur in april 9,2 graden.

Waarom was April zo warm?

De wereldwijde opwarming , schonere lucht, minder bewolking en meer waterdamp in de lucht vergeleken met even zonnige maanden hebben bijgedragen aan de hoge temperaturen.

Oorzaken van deze warme april:

Luchtdruk en zonneschijn
De hoge luchtdruk in Nederland en omgeving leidde tot overvloedige zonneschijn en is daarmee één van de hoofdoorzaken van de hoge temperatuur in april 2011. Toch is dit niet de enige factor want in april 1938, 1954, 1955, 2007, 1997, 1957, 1984 was de luchtdruk hoger dan in april 2011. In april 2007, 1942 en zelfs in 2010 scheen de zon meer uren dan in april 2011.

Luchtvervuiling
Sinds midden jaren 80 is de zichtbare luchtvervuiling met roetdeeltjes en zwavel (aërosolen / fijn stof) sterk afgenomen, waardoor meer zonneschijn de grond bereikt. Er is echter geen reden om aan te nemen dat de lucht in april veel schoner is dan in de jaren 60, en toch zijn de temperaturen veel hoger dan toen.

Luchtvochtigheid
Hoewel er in april 2011 weinig bewolking was, was de hoeveelheid waterdamp (een doorzichtig gas) wel hoog vergeleken met andere jaren met hoge luchtdruk en veel zon. In 1942 en 2010 was de lucht veel droger. Waterdamp is een zeer krachtig broeikasgas, dat de aarde warm houdt door uitstraling naar de ruimte tegen te houden. De waarneming dat dit jaar de nachten warmer waren dan in 2007 ondersteunt dit vermoeden.

Broeikaseffect (KNMI)

Uiteraard heeft de opwarming van de aarde en dus ook van Nederland ook bijgedragen. Zonder deze opwarming zouden dit soort temperaturen vrijwel onmogelijk zijn geweest. Echter, de temperaturen van de laatste jaren steken ver boven de trend uit.

En:

Klimaatmodellen voorspelden een veel langzamere opwarming en laten geen verhoogde kans op warme uitschieters zien.

Figuur: Geobserveerde Centraal Nederland Temperatuur (CNT, rode lijn) vergeleken met de gemodelleerde temperatuur in het CMIP3 ensemble (54 kruisjes per jaar van 23 modellen). De blauwe lijn geeft het gemiddelde van de 23 modellen aan.

Het is duidelijk dat de temperatuur in april veel sneller oploopt dan de modellen aangeven. Voor een gedeelte is dit uiteraard toeval, maar het verschil is te groot om hier volledig mee te verklaren. Ook de uitwijkingen boven de trend lijken groter dan we verwachten, een uitwijking zoals in 2007, 2009 of 2011 zou zelfs met een twee keer zo snelle temperatuurstijging maar ongeveer eens in de 50 jaar voorkomen. Nader onderzoek zal moeten uitwijzen in hoeverre we nog meer van dit soort zomerse aprilmaanden kunnen verwachten.

Conclusies
In 2007 dachten we dat de temperatuur van april een zeer uitzonderlijke uitschieter was. De waarneming dat het in 2009 bijna even warm was en in 2011 dit record geëvenaard wordt geeft aan dat deze verklaring niet meer voldoet. De wereldwijde opwarming , schonere lucht, minder bewolking en meer waterdamp in de lucht vergeleken met even zonnige maanden hebben bijgedragen aan de hoge temperaturen. Welke factoren er precies achter zaten en een inschatting van wat de toekomst zou kunnen brengen vergt echter een uitgebreidere analyse.