Vergeet de Human Development Index (HDI); de Sustainable Development Index (SDI) is hier! De SDI is een index die zowel menselijke ontwikkeling als duurzaamheid in acht neemt. De index start bij de HDI, maar neemt de ecologische overschrijdingen (‘overshoot’) in termen van CO2-uitstoot en materiële voetafdruk ook mee. Landen met een relatief hoge ontwikkeling binnen de grenzen van de planeet staan bovenaan. Landen met een hoge ontwikkeling maar met te hoge uitstoot worden juist ‘gestraft’, omdat hun manier van leven niet duurzaam is. Bovenaan de SDI staat Costa Rica. Maar Nederland, op plek 10 van de HDI, staat vanwege haar grote uitstoot en materiële voetafdruk op een plek 145 van 163. Wij scoren dus slecht in termen van duurzame ontwikkeling. Er is best wat aan te merken op de SDI, maar een vooruitgang ten opzichte van de HDI is het zeker. Een wereldwijd streven naar hoge welvaart binnen de grenzen van de planeet is wenselijk, maar dat vereist waarschijnlijk wel een economische transformatie. Want veel landen die volgens de SDI op een hoog ontwikkelingsniveau zitten dat ook duurzaam is, zijn er nu niet.
Wat is er mis met de Human Development Index?
De HDI is een statistische score van welzijn (of: menselijke ontwikkeling) per land, bijgehouden door het VN-ontwikkelingsprogramma (UNDP). Het is een index die de gemiddelde volksgezondheid, kennisniveau en levensstandaard per land in kaart tracht te brengen. Alle VN-landen onderschrijven sinds 2015 echter de Sustainable Development Goals (SDGs), een 17-tal doelen die de wereld in 2030 naar “vrede en welvaart voor mens en planeet” moeten leiden. Maar een paar van deze doelen komen terug in de HDI, en eigenlijk alles dat met duurzaamheid en klimaatactie te maken heeft ontbreekt. Alle 17 SDGs in één index omvatten is misschien onmogelijk, of onwenselijk, maar een poging om zowel menselijke ontwikkeling als duurzaamheid tegelijk in kaart te brengen is natuurlijk wel nuttig.
Het probleem met de HDI is, aldus de makers van de SDI, tweeledig. Ten eerste looft de HDI juist die landen die nu het meest bijdragen aan verdere klimaatverandering en andere ecologische problemen. En ten tweede belemmert een hoge mate van ontwikkeling in de rijkste landen nu de ontwikkeling van andere landen, juist doordat de gevolgen van klimaatverandering en extractivisme (de uitbuiting en uitputting van grondstoffen) het welzijn in landen in ontwikkeling beperken.
Lees verder →