
Het CPB publiceerde afgelopen week een kort rapportje met de titel ‘Klimaatverandering en intergenerationele verdeling van financiële lasten’. Volgens de berekeningen van het rapport, gebaseerd op ruwe en onvolledige schattingen van klimaatschade en kosten voor adaptatie en mitigatie, komen de kosten van klimaatverandering vooral bij komende generaties terecht. Het omslag van het rapport vermeldt: ‘Op basis van eerste inschattingen zullen de extra kosten van klimaatverandering en -beleid voor het grootste deel bij toekomstige generaties terechtkomen’.
De klimaatschade is geschat voor 2050 en 2100. Die schatting werd op social media zo hier en daar aangegrepen voor een pleidooi tegen mitigatie, ofwel maatregelen om verdere opwarming van het klimaat te beperken. Het schadebedrag zou de transitie van de economie niet rechtvaardigen. Waarmee weer eens werd bewezen hoe opportunistisch de anti-mitigatiebeweging te werk gaat. Het rapport bevat namelijk maar bar weinig ondersteuning voor hun standpunt.
Dat is vooral zo omdat de schatting van de schade helemaal niet uitgaat van een situatie zonder mitigatie. Er is gerekend met een scenario met 2°C mondiale opwarming ten opzichte van de pre-industriële temperatuur in 2050 en 3°C in 2100. Dat is zo’n beetje het midden tussen het hoogste en het laagste scenario uit het laatste IPCC-rapport, iets boven de projectie volgens het middelste scenario SSP2-4.5. Het is ook ongeveer de koers die de wereld op dit moment vaart, rekening houdend met wat er door alle landen aan (beleids)maatregelen is getroffen. In dit scenario gebeurt er dus wel het een en ander om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen, als is het lang niet genoeg om de doelstellingen van het Akkoord van Parijs te halen.

Het rapport schat de schade in Nederland van een aantal fysieke gevolgen van klimaatverandering: droogte, hitte, wateroverlast, en een toename van de kans op grote overstromingen als gevolg van zeespiegelstijging of een hogere piekafvoer van de grote rivieren. Het concentreert zich daarbij op schade die van belang kan zijn voor de overheidsbegroting. En het kijkt alleen naar gevolgen van extra opwarming die er vanaf nu nog bijkomt. Het effect van de opwarming die we al hebben gehad is dus niet meegenomen. Er is ongetwijfeld debat mogelijk over of er niet iets belangrijks ontbreekt, en of de geschatte bedragen niet te hoog of te laag zijn. (Bijvoorbeeld over de aanname dat de schade van droogte, hitte en wateroverlast tot 2050 toeneemt, maar daarna niet meer.) Het rapport benadrukt zelf ook dat de onzekerheden groot zijn en dat er vermoedelijk schadeposten niet zijn meegenomen. Maar er is nog iets veel belangrijkers dat veel invloed zal hebben op de echte schade voor ons en daarmee ook op de Nederlandse overheidsfinanciën: we leven niet geïsoleerd van de rest van de wereld. Het rapport stipt dit in de inleiding wel eventjes aan, maar het zit niet in de berekeningen.
Met wat geluk zullen de fysieke gevolgen van klimaatverandering binnen onze landsgrenzen de komende eeuw inderdaad wel redelijk beheersbaar zijn. Zeker in het Europese deel van Nederland; voor het Caribische deel zijn de risico’s mogelijk al een stuk groter. Maar in het Europese Nederland zijn we niet zo kwetsbaar voor de directe gevolgen van klimaatverandering. We hebben ons waterbeheer aardig op orde. We hoeven ons geen zorgen te maken dat onze buurlanden dammen leggen in de Rijn of in de Maas, zodat ze in periodes van droogte al het water zelf kunnen houden. Of dat ze die rivieren juist kanaliseren om bij extreme neerslag al het water zo snel mogelijk onze kant op te sturen. Als hier de oogsten mislukken, dan zijn we als land rijk genoeg om voedsel te importeren. Voor onszelf, onze huisdieren en een aanzienlijk deel van de dieren in de veehouderij. Als er op wereldschaal tekorten zijn horen wij bij de eersten die toch hun bordje vol kunnen scheppen. En de landbouw, veruit de meest kwetsbare sector voor klimaatverandering, is maar een vrij klein stukje van onze economie.
We kunnen onszelf dus vrij makkelijk wijsmaken dat wij veilig zitten achter onze dijken, als het in de rest van de wereld misgaat. Maar zo werkt het natuurlijk niet in de echte wereld. Er zijn landen, heel veel landen, die een stuk kwetsbaarder zijn dan wij. Al die landen krijgen te maken met de consequenties van klimaatverandering, die ernstiger worden naarmate het meer en sneller opwarmt. Natuurlijk gaan wij daar ook gevolgen van ondervinden, bijvoorbeeld via stagnatie van de wereldeconomie, stijgende prijzen, vluchtelingenstromen, politieke instabiliteit of internationale conflicten. En als de wereld zo ontregeld raakt, dan zou dat weer consequenties kunnen hebben voor ons vermogen om de problemen die zich hier voordoen op te lossen.
Er is nog een probleem met dit soort analyses, dat dieper onder het oppervlak ligt. Hoe weeg je klimaatinvesteringen waar toekomstige generaties baat bij hebben af tegen andere dingen die je met dat geld zou kunnen doen en waar we nu van profiteren? Dat is niet eenvoudig en economen zijn het er dan ook niet over eens hoe dat precies zou moeten. Waar ze het wel over eens zijn, is dat het onmogelijk is om dit op een helemaal objectieve manier te doen. Er sluipen hoe dan ook normatieve oordelen of aannames in zo’n analyse. Op zich kun je dat economen die zo’n analyse uitvoeren niet verwijten: het kan niet anders. Maar wat je ze wel zou kunnen verwijten is dat die stukjes subjectiviteit ergens ver weg in de techniek van de analyse zitten verstopt. Ze zouden juist transparant gemaakt moeten worden. Zeker in een rapport dat expliciet over intergenerationele effecten gaat. Als ergens in de techniek van de analyse al keuzes zijn gemaakt over hoe zwaar belangen van toekomstige generaties wegen, dan stuurt dat de afweging die we juist op basis van de analyse willen maken. Dit soort complicaties doet zich ook voor bij het vergelijken van sterk verschillende economieën, bijvoorbeeld van arme en rijke landen. Binnen Nederland zijn er ook behoorlijke economische verschillen tussen het Europese en Caribische landsdeel. Het lijkt me ook iets om rekening mee te houden in zo’n economisch onderzoek.
Als je het hele CPB-rapport leest, dan is het duidelijk dat er grote onzekerheden in de berekeningen zitten. Je zou je af kunnen vragen of het wel zin heeft om kwantitatieve resultaten te presenteren als er zoveel onzekerheid is. Zeker omdat de cijfers uit een rapport van onze nationale rekenmeesters heel makkelijk een eigen leven kunnen gaan leiden. Door anti-mitigatieactivisten, of in politieke of lobby-campagnes bijvoorbeeld, waar al die onzekerheden natuurlijk worden verzwegen. Als er toch cijfers worden gepresenteerd, dan zou ik met mijn natuurwetenschappelijke achtergrond minstens een stevige, kwantitatieve onzekerheidsanalyse verwachten. Waar dan ook de gevoeligheid van de uitkomst voor subjectieve keuzes in meegenomen zou kunnen worden.
Het lijkt me duidelijk dat deze berekeningen geen realistisch beeld geven van de werkelijke toekomstige gevolgen van klimaatverandering voor Nederland. Wel illustreren ze nog eens dat wij, in het rijke deel van de wereld, vermoedelijk minder zwaar getroffen worden door de consequenties van onze broeikasgasuitstoot dan anderen. En dat we de consequenties afwentelen op toekomstige generaties. Maar dat kun je ook best beredeneren zonder deze berekeningen. Het probleem met cijfers is dat ze een zekerheid suggereren die er niet is. En we hebben niks aan schijnzekerheid. Als het te onzeker is om uit te rekenen kan een kwalitatieve beschouwing een betere optie zijn.


1. We beschouwen Nederland nu nog als een rijk land, en het is nog geen ‘failed state’. De essentie van een goed functionerende moderne natiestaat is het behouden van de controle over zijn soevereine grondgebied en het beschermen van zijn burgers. Een land dat hier niet toe in staat is, zoals Soedan of Somalië, zou je een ‘ failed state ‘ kunnen noemen. Naarmate de temperaturen blijven stijgen, met alle structurele, integrale, systemische sociaal-politiek-economische gevolgen van dien, kan men zeggen dat Canada, Spanje, Griekenland, China, en op termijn natuurlijk Nederland mislukte staten zullen worden.
2. Ik ben wel benieuwd naar die kwalitatieve beschouwing. Hoe moet die eruit zien?
LikeLike
Jaap,
Ik denk dat je mijn stuk zou kunnen zien als een (heel rudimentair) voorbeeld van zo’n kwalitatieve beschouwing.
Het gaat er vooral om dat het niet zoveel zin heeft om als een kop zonder kop (ofwel: op basis van de kwantitatieve informatie die toevallig voorhanden is; want dat is de indruk die dit rapport wekt) aan het rekenen te slaan. Je kunt beter eerst maar eens een goede inventarisatie maken van kwetsbaarheden, afhankelijkheden, en ook van onzekerheden en subjectiviteit die in een analyse sluipen. Hoe je onzekerheden en subjectiviteit transparant maakt, in plaats van ze uiteindelijk ‘weg te rekenen’ lijkt me ook wel een zinnig onderwerp.
Pas als dat beeld redelijk compleet is (want helemaal compleet krijg je het niet) heeft het zin om te beginnen met kwantificeren.
Goff,
Ik heb je reactie verwijderd. Het nog maar eens herhalen van dezelfde punten die je de afgelopen dagen elders hebt gemaakt voegt niets toe en is niet constructief. Je mening is inmiddels meer dan duidelijk.
LikeLike
Hans,
“(heel rudimentair) …”: Misschien toch wel aardig als je er in de toekomst eens een blogstuk aan wijdt om dit rudimentaire verder uit te werken.
Een – weliswaar speculatieve – poging mijnerzijds zou beginnen met: Op hoofdlijnen kunnen we de geschiedenis van de toekomst inmiddels wel uittekenen. Om het allereerst in mondiaal perspectief te plaatsen, en aan de hand daarvan op de specifieke kwetsbaarheden van Nederland in te gaan, stellen we vast dat de existentiële crisis waarin de mensheid momenteel verkeerd, betrekking heeft op de huidige klimaatverandering in samenhang met de bevolkingsbom, met onze industriële beschaving, met onze groei-economie, met de maatschappelijke complexiteit, met de afhankelijkheid van fossiele energie, met achteruitgang van ecosystemen, met uitbuiting en overshoot van de aarde, met consumentisme, kapitalisme, en met de geconstateerde achteruitgang van vrijwel alle 17 Sustaineble Development Goals van de VN. De huidige imposante beschaving kon ontstaan onder de voorwaarden die, naar nu blijkt, tegelijk haar ondergang gaan betekenen. Het inzetten van die trend, vele decennia eerder, bleek, met de kennis van nu gezien, namelijk al een kantelpunt te zijn, omdat zij niet werd tegengehouden door negatieve feedback.
Wie zich een beetje verdiept in de geschiedenis van de toekomst hoeft op hoofdlijnen te beschikken over slechts weinig profetische gaven. Dit mede dankzij de inspanningen van klimaat- en andere wetenschappers die de uiterst complexe materie van mogelijke kantelpunten, kwetsbaarheden, afhankelijkheden en onzekerheden onderzoeken. En daar met goede reden zeer voorzichtig over rapporteren, gezien de moeilijke voorspelbaarheid, met name ook door vertraagde effecten van smeltende poolkappen. En juist die vertraagde effecten, daar zal Nederland onvermijdelijk mee te maken krijgen.
(vervolgens een kwalitatieve beschrijving van zowel de veerkracht (adaptatievermogen) als ook de kwetsbaarheden en risico’s waar Nederland mee te maken zal krijgen. Inclusief de limiet van ons adaptatievermogen.)
LikeLike
“En daar met goede reden zeer voorzichtig over rapporteren, gezien de moeilijke voorspelbaarheid, met name ook door vertraagde effecten van smeltende poolkappen… [etc].
De rapportages van klimatologen en het IPPC zijn decennia lang behept met een risico-analytische bias. 2% kans op leefomstandelijke catastrofe is weggewuifd met 50/50 % waarschijnlijkheid dat het al dan niet zover hoeft te komen.
David Spratt (geen introductie nodig) formuleerde het aldus:
“Because climate change represents an existential risk to human society, particular focus must be given to one question above all others: what is the plausible worst-case scenario and what do we have to do to avoid it? […] But this is what the IPCC and climate research and risk managers in the financial system have overwhelmingly not done. ”
Zie https://www.motherjones.com/environment/2023/09/calculating-climate-change-risk-wrong-ipcc-existential/
Voor een hechte kwantitatieve (statistiek) en kwalitatieve (aannames) analyse van
risico- en kansberekeningen kun je terecht bij het werk van Nassim Nicholas Taleb. Kun je googlen.
Groet.
LikeLike
Goff, ik ben het met je eens.
Behalve met de beperkingen van modellen zal de voorzichtigheid en terughoudendheid vast ook te maken hebben met communicatiedilemma’s. Dit wordt mooi getypeerd op https://www.ipsnews.be/artikel/zesde-uitstervingsgolf-ernstiger-dan-gedacht-hele-geslachten-verdwijnen-razendsnel-tempo (19-9-23):
“Als wetenschappers moeten we oppassen dat we niet alarmerend zijn”, zegt Gerardo Ceballos, hoogleraar aan de Nationale Universiteit van Mexico. “Maar de ernst van het onderzoek vraagt om krachtig taalgebruik. Het zou onethisch zijn om de omvang van het probleem niet uit te leggen, omdat wij en andere wetenschappers echt gealarmeerd zijn.”
LikeLike
Jaap,
Voorjaar 2016 is op deze site een analyse van mijn hand over (mijns inziens misplaatste) beleidsmatige terughoudendheid van klimatologen gepubliceerd. Kun je opzoeken, ik ga geen linkjes droppen naar mezelf. Dat is nog maar 7 jaar geleden en veel van de reacties destijds -214 stuks- logen er niet om dat ik het mis had. Anno 2023 is het bon ton dat klimatologen in toga protesterend de straat op gaan en je hoort er niemand meer over. Ook niet op deze site.
En nee, ik klop mezelf niet op borst dat ik het destiijds goed zag. Ik vind het wel slap dat mijn antagonisten van destijds tot op de dag van vandaag niet zijn teruggekomen op hun drogredeneringen. Eerlijkheid is wel een dingetje.
Het werrk van Gerardo Cebellos kende ik niet. Thanx voor de info.
LikeLike
Ik ben het niet met jullie eens. Klimaatverandering stond in 1992 al nadrukkelijk op de agenda van de wereldpolitiek. Blijkbaar waren de waarschuwingen vanuit de wetenschap toen al duidelijk genoeg: er moest wat gebeuren.
Het is veel te makkelijk om de boodschapper de schuld te geven. Niemand kan zich hier verschuilen achter: ‘We wisten het niet’. De noodzaak om iets te doen is al decennialang bekend, dankzij wetenschappers die ervoor zijn blijven waarschuwen. Ik zie helemaal geen reden om aan te nemen dat het er nu beter voor zou staan als er nog nadrukkelijker was gewaarschuwd.
LikeLike
“Ik ben het niet met jullie eens”
Nee, dat was je 7 jaar geleden ook al niet toen je in het discussiedraadje protest aantekende tegen mijn analyse.
De risico’s zijn inmiddels dermate gematerealiseerd dat de gevolgen evident zijn. Times have changed. Nu jij nog. 😉 met je malle pose dat wetenschap en beleid twee dingen zijn. Beleid anno 2023 is 100% afhankelijk van wetenschap. Wetenschappers dienen hun stem te verheffen en niet te doen, zoals jij, alsof hun kennis niet directief is voor beleidmakers. Dat beleidmakers zich weinig aantrekken van die stemverhhefing is geen enkele reden om de stem te temperen.
LikeLike
‘met je malle pose dat wetenschap en beleid twee dingen zijn‘
Wetenschappers bedrijven wetenschap, beleidsmakers maken beleid. Dat is simpelweg hoe het werkt in de wereld. Natuurlijk zijn er interacties, maar dat heb ik helemaal nooit ontkend.
‘Beleid anno 2023 is 100% afhankelijk van wetenschap.‘
Nee Goff, dat is wensdenken. In de echte wereld laten beleidsmakers zich niet uitsluitend door wetenschap leiden. Daar zit nu net het probleem. De echte wereld is rommelig, met politici die kiezers willen bedienen, kiezers die vaak hun belang op korte termijn voor laten gaan, en allerlei belangen die het publieke en politieke debat naar hun hand proberen te zetten.
Het is simpelweg een feit dat de hele wereldpolitiek 30 jaar geleden al op de hoogte was van het klimaatprobleem. De boodschap van wetenschappers was toen dus al duidelijk genoeg.
‘Dat beleidmakers zich weinig aantrekken van die stemverhhefing is geen enkele reden om de stem te temperen.‘
Dat heb ik dan ook nergens beweerd. Maar is simpelweg een feit dat de hele wereldpolitiek 30 jaar geleden al op de hoogte was van het klimaatprobleem. De boodschap van wetenschappers was toen dus al duidelijk genoeg. Ik zie dan ook geen reden om aan te nemen dat meer stemverheffing tot een ander verloop van de geschiedenis had geleid. Dat is gemakzuchtige achterafpraat.
LikeLike
Hans, de boodschapper valt niets te verwijten, helemaal mee eens.
Waar ik op wil wijzen is dat er een communicatiedilemma is. Met de nadruk op dilemma. Ik neem aan dat dat 30 jaar geleden ook al gold, met name op het vlak van bewustwording. Zelf vond ik het toen nog leuk om te spreken van klimaatverbetering. Het klimaat van Bordeaux, wie wil dat nou niet, een mooi vooruitzicht toch? Ik bedoel maar. Tegenwoordig, in tijden van toenemende polarisatie en overgevoeligheid, in tijden van sociale media, vereist die communicatie nog meer voorzichtigheid, zorgvuldigheid – of noem het handigheid – wanneer je met je communicatie een bepaald doel wilt bereiken, zoals bewustwording, draagvlak en consensus. De wetenschapper zal tot vervelens toe moeten uitleggen aan het ‘grote publiek’ dat een scenario toch echt iets anders is dan een voorspelling, want je weet dat het ‘grote publiek’ gevoelig is voor – en wordt bewerkt door – pseudo-klimaatsceptici.
Het gaat om communicatiedilemma’s, niet alleen voor de wetenschappers, maar ook voor beleidsvoorbereiders, politici en ook meteorologen. Er zijn meteorologen (Spanje, VS) die hun baan hebben opgezegd omdat zij, zodra zij het weer in verband brachten met klimaatverandering, met de dood werden bedreigd.
Ik vind de toon van Guterres heel realistisch met uitspraken als: ‘we are on the way to climate hell’. De onlangs aangestelde Nederlandse co-voorzitter wetenschappelijk klimaatpanel IPCC Bart van den Hurk wil een andere toon aanslaan omdat hij denkt dat dat beter werkt.
De vraag is dus: welke toon werkt het beste in welke situatie. Welke toon zet het beste aan tot actie. Dat is nog niet zo eenduidig te zeggen, vermoed ik, ook gezien we steeds korter tijd hebben voor adequate actie. Tot een tijdje geleden werd een op wetenschap gebaseerd klimaatverhaal vaak afgesloten met de woorden: “maar het is nog niet te laat, we kunnen er nog wat aan doen.” Inmiddels zie je die afsluitende woorden steeds minder vaak. Ik zal er hier op deze plek in ieder geval niet mee afsluiten.
LikeLike
Jaap,
Het is inderdaad een dilemma. Het grootste probleem is dat ‘de juiste toon’ niet bestaat. Wat de ene persoon aanspreekt werkt voor een ander juist averechts. Mensen reageren namelijk heel verschillend op informatie over bedreigingen. Daar heb ik ooit dit stuk over geschreven.
LikeLike
“De echte wereld is rommelig, met politici die kiezers willen bedienen, kiezers die vaak hun belang op korte termijn voor laten gaan, en allerlei belangen die het publieke en politieke debat naar hun hand proberen te zetten.”
Allerlei belangen: is dit iets specifieker te maken? Denk vooral aan de decennialange lobbies en misleiding door fossiele industrie & staten + het gebrek aan echte democratie in zowel VS en Europa als elders, m.n. als gevolg van de enorme politiek-economische ongelijkheid op zowel nationaal als internationaal niveau.
Mijn indruk is dat de steeds uitgesprokener oproepen van prominente klimaatwetenschappers aan politiek en samenleving om hun bevindingen serieus te nemen, in combinatie met steeds zichtbaarder gevolgen van de opwarming en de toenemende organisatiegraad van nationale en internationale klimaatbewegingen, inclusief door hen verkregen rechterlijke uitspraken, geleid hebben tot de huidige graad van klimaatbeleid.
Dat beleid is inmiddels een stuk verder ontwikkeld dan 10-20 jaar geleden, maar nog altijd ruim onvoldoende om aan het Parijs-akkoord te voldoen, zoals deze week weer besproken wordt tijdens de Algemene Vergadering van de VN in New York.
Dat de analyse van het CPB nog altijd te oppervlakkig is past ook in de traditie van too little too late. Mensen als Pier Vellinga, Klaas van Egmond en Maarten Hajer hebben dit eerder ook al publiekelijk geconstateerd en gepleit voor meer diepgang en urgentiebesef bij de planbureaus.
Blijkbaar moet ook daarvoor nog altijd eerst meer druk vanuit de samenleving georganiseerd worden, zoals bv Extinction Rebellion laat zien rond fossiele subsidies en Urgenda en Milieudefensie eerder met hun klimaatzaken tegen de Staat en Shell.
Deze week riep gouverneur Newsom van California andere staten en landen op zich aan te sluiten bij de rechtszaak van zijn staat tegen de fossiele industrie wegens misleiding en klimaatschade. Ook (m.n. Europese staten) zelf worden inmiddels grootschalig aangeklaagd voor nalatigheid, door zowel burgers als de meest kwetsbare staten.
Hopelijk zullen dit soort acties samen met de burgerlijke ongehoorzaamheid van XR en de steeds uitgesprokener oproepen van wetenschappers eindelijk leiden tot het meer rechtvaardige en effectieve klimaatbeleid dat nodig en mogelijk is om nog zoveel mogelijk te voldoen aan de doelen van het Parijs-akkoord en om het risico van verder toenemende mondiale klimaatchaos nog zoveel mogelijk te beperken.
LikeLike
Hans schrijft in zijn artikel: “Het probleem met cijfers is dat ze een zekerheid suggereren die er niet is. En we hebben niks aan schijnzekerheid. Als het te onzeker is om uit te rekenen kan een kwalitatieve beschouwing een betere optie zijn.”
Onlangs hield rijksbouwmeester Francesco Veenstra in Nieuwsuur een pleidooi voor het maken van een pas op de plaats om nog eens goed te overwegen waar we nog wel en waar we niet meer gaan bouwen in Nederland. Eerder zei hij dat de lange termijn wat hem betreft in de haarvaten van het instituut Rijksbouwmeester moeten gaan zitten.
Het CPB kijkt in zijn rapport niet verder dan 2100. Het zou wat mij betreft ook een rapport kunnen uitbrengen, kijkend voorbij 2100, onder de aanname: er komt een moment dat de bouwkundige en infrastructurele investeringen die we in de komende decennia in laaggelegen gebieden doen in één klap waardeloos worden. Het CPB zou bijvoorbeeld daarbij 3 jaartallen als ijkpunten kunnen aanhouden: dit gebeurt in respectievelijk 2123, 2050, 2070. Daar zijn vast wel prijskaartjes aan te hangen.
LikeLike
ik bedoel 2150 en 2170
LikeLike
Jaap, in ieder geval Pier Vellinga, Maarten Hajer en Klaas van Egmond lijken het met je eens te zijn, zoals ik in o.a. april 2017 al eens aangaf in een reactie op een eerder blogstuk hier: https://klimaatveranda.nl/2016/11/21/open-discussie-winter-2016-2017/#comment-19103
Ik benieuwd in hoeverre zulke zelfreflectie wellicht ook binnen en rond het CPB voorkomt.
LikeLike
Als ik de reacties hier lees, zijn we op zoek naar een verhaal. Een ‘waarheid’ wat we kunnen delen, waarin we kunnen geloven. Rob Wijnberg (oprichter Correspondent) schreef hier onlangs over:
https://decorrespondent.nl/14791/hoe-waarheid-ons-verdeelt-en-ons-weer-kan-samenbrengen/7f48e581-7abf-0bbb-1612-09ff1107d14d
Misschien iets te filosofisch?
LikeLike
Lieuwe,
Wat me nogal tegenstaat in dat stuk van Wijnberg is dat hij een superieure houding aanneemt. Iets als: ‘Ze weten niet beter, dus je moet maar proberen ze een beter verhaaltje te vertellen’. Mensen zijn niet gek. Ze hebben het heus wel door als ze op die manier benaderd worden door politici of journalisten of wetenschappers. En dan voelen ze zich terecht niet serieus genomen. Als je anderen serieus neemt, betekent dat dat je ze aanspreekt op (en verantwoordelijk houdt voor) wat ze zeggen en doen. Ook als dat onredelijk is, of onzinnig.
De ergste fanatici zul je daarmee niet meekrijgen, maar dat lukt toch niet. Het wordt vooral hoog tijd om die groep niet steeds weer het debat te laten bepalen.
LikeLike
“zijn we op zoek naar een verhaal”? Daar zit best iets in, lijkt me. Als het oude dominante vooruitgangsverhaal niet meer blijkt te werken, en als we als mensen en samenleving wel behoefte hebben aan een samenbindend, inspirerend, zingevend verhaal cq perspectief/visie cq geloof cq filosofie, dan is het op zich niet gek dat het enige tijd kost om met elkaar tot een breder gedeeld beeld van zo’n verhaal of filosofie te komen.
Zolang dat breder gedeelde nieuwe beeld er nog niet is, zullen veel mensen en gevestigde belangen proberen vast te houden aan een ouder verhaal, hoezeer dat ook in strijd is met de best beschikbare wetenschappelijke kennis en hoezeer het ook groepen mensen tegen elkaar opzet i.p.v. samenbrengt.
Ik denk dat er goede mogelijkheden zijn om tot een breed gedeeld positief en zingevend verhaal cq filosofie te komen, en dat veel mensen daar al best ver mee zijn, maar dat er zeker ook kans is dat de mondiale samenleving onder toenemende geopolitiek-ecologische druk steeds verder uiteen valt en dat andere/oudere verhalen toch de overhand houden/krijgen, met grote negatieve gevolgen voor het welzijn van heel veel mensen.
Volgens Carpenter, Scheffer e.a. 2019 dansen we op de vulkaan, zoals Wijnberg ook schrijft, en kan het twee kanten opgaan: https://ecologyandsociety.org/vol24/iss1/art23/
“Radical recent developments such as Brexit, the rise of extreme nationalism, the gilets jaunes, polarizing leaders, the Arab Spring, and fundamentalist movements are indications of societal discontent with the status quo. Other societal phenomena such as gender fluidity, veganism, and bartering are also associated with a perceived need to change. The context is the Anthropocene, a human-dominated biosphere challenging the resilience of a livable planet. Such a broad set of developments may be interpreted in the light of new insights from theory of complex systems about what happens as resilience of the current pathway (societal organization as we know it) decreases. Rising fluctuations characterize a phase of uncertainty and exploration, potentially leading into a transition of the system toward a new pathway. We reflect on global changes that may contribute to social destabilization such as rising wealth concentration and environmental degradation and ask how responses may be understood from social-psychological forces such as the need for group identity and managing the terror of mortality. The emerging image is that of a society engaged in multifaceted experimentation. Maintaining such experimentation may help inspire novel pathways to desirable futures, but there is a risk of societies becoming trapped in backward-looking narratives that threaten long-term sustainable outcomes.”
LikeLike
Lieuwe,
op zoek naar een ‘waar’ verhaal? Tja, check de geohistorisch supersnelle concentratie van GHG in de atmosfeer en je hebt een verhaal, compleet met hoofdrolspelers en hangend plot. Wijnberg babbelt over vooruitgang en een betere wereld. Van mij mag hij en ik haal er als darwinist mijn schouders bij op. Shit happens all the time. En dan hebben we ook Douglas Adams die in zijn onvolprezen roman (?) The Hitchhikers Guide to the Galaxy ware verhalen doorzaagde.
LikeLike
De huidige megamulticrisis heeft een verhaal nodig dat reikt voorbij aan gemoedsgesteldheden zoals optimisme of pessimisme. En voorbij aan welk -isme (geloofsopvatting) dan ook. We moeten de situatie onder ogen zien en er mentaal mee zien te dealen. Ik probeer hier een poging te doen tot een aanzet van een voor mij realistisch verhaal:
Wat er feitelijk gaande is in het huidige evolutionaire tijdsgewricht kan worden gezien als een krachtig aanpassingsmechanisme van de natuur zelf. Het zal de zelforganiserende natuur zelf zijn die zorgt voor zijn eigen onverwoestbare zelfgeneratie, via natuurlijke correctiemechanismen. De natuur zelf, ofwel de creatieve evolutie, is oplossingsgericht in haar zelfgeneratief vermogen. De onverwoestbare overgankelijkheid werkt via opbouw en verval.
Alle verschijningsvormen, alle organismen, levende en niet-levende, zijn onderhevig aan het primordiale eeuwige patroon van opgaan, blinken en verzinken. De creatieve evolutie is oppermachtig aan haar verschijningsvormen. Haar onverwoestbaarheid is dus ook door de mens niet te verwoesten.
Over zeventig maal zeventig jaren zal de conclusie worden getrokken: de ineenstorting was achteraf gezien niet zozeer een probleem dat moest worden opgelost, maar eerder de laatste fase van een cyclus die moest worden doorstaan. Sindsdien is er weer veel ten goede gekeerd, doordat de creatieve evolutie de mens inmiddels heeft verheven tot de plek waar hij het beste tot zijn recht bleek te komen: de uitgestorven plek.
Maar goed, ik kan dit vrij makkelijk opschrijven als net nog niet overledene, maar wat heeft de aanstaande boreling hier aan?
LikeLike
Wat grappig Jaap, je ‘realistische’ verhaal. Het is gewoon het volgende verhaal. Bovendien een fraai staaltje metafysiek met een joekel van een -isme (geloofsopvatting, zoals je het noemt) erin: “De creatieve evolutie is oppermachtig aan haar verschijningsvormen.“ Dat lijkt me een broodje aap uit de mouw van iets-isme. Alle gekheid op een stokje en ik doe er niet klein over maar het is wat het is: een verhaaltje.
Wat geen verhaaltje is: de (inter)nationale wetgeving en rechterlijke uitspraken. Daar wordt behoorlijk creatief mee gemarchandeerd. Ik ben het volkomen eens met Hans Custers die hierboven opmerkte “Als je anderen serieus neemt, betekent dat dat je ze aanspreekt op (en verantwoordelijk houdt voor) wat ze zeggen en doen.”
Dus nee Jaap (en anderen), we hebben niet nog meer stichtelijke verhalen nodig. Handhaving van de wet volstaat. Dat is het enige wat voor aanstaande borelingen relevant is, lijkt me zo
LikeLike
https://www.edelman.com/trust/2023/Trust-barometer/rebuilding-trust-demands-articulating-credible-vision-future
Ik heb even wat tekst door de vertaalmachine gehaald:
* Het gebrek aan visie van de overheid belemmert haar vermogen om te worden vertrouwd, en het draagt bij aan de ontbinding van het ‘sociale weefsel’.
* De overheid moet duidelijk sterkere verhalen vertellen over de toekomst van hun naties om vertrouwen op te bouwen.
* Het bedrijfsleven is verplicht om samen te werken met de overheid om uitdagingen aan te pakken en een duidelijke visie voor de toekomst in kaart te brengen.
“Om het vertrouwen te herstellen en de verspreiding van polarisatie te stoppen, moet de overheid sterkere verhalen over de toekomst van hun naties articuleren en onderbouwen.”
“Aan de andere kant van het spectrum vallen landen waarin de overheid grotendeels wordt gezien als niet in staat om een visie voor de toekomst te bieden, in twee categorieën: opkomende economieën die een hoge mate van ontwrichting ervaren – zoals Argentinië, Nigeria of Zuid-Afrika – en traditionele democratieën met een stevige scepsis en regeringen hebben grotendeels hun vermogen verloren om geloofwaardig te zijn in het uitstippelen van een weg vooruit – zoals Japan, Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Nederland en Italië.”
LikeLike
Hans, hoe kom ik bij de meest recente ‘open discussie’? ik zie het niet. Daarop wil ik nl. het volgende plaatsen:
Reactie op G.J. Smeets | 23 september 2023 om 13:52 | (op ‘open discussie’ geplaatst i.v.m. off topic.)
Beste Goff,
Meta-fysisch is het zeker: het fysische (en daarmee het biotische) is onderhevig aan werking. Dat relateert en relativeert het fysisch-biotische en daarmee dus ook de klimaatverandering. Ik noem die werking ‘creatieve evolutie’ en ‘de natuur zelf’ maar je mag er ook andere woorden op plakken. En ik vooronderstel, – noem het geloof – dat die werking als zodanig door de wijze waarop zij verschijnt (de vormen, de materiële tijdelijke samenstellingen, het fysische, het biotische) niet is te vernietigen. Werking is primordiaal. Overgankelijkheid is transformatie. Het alternatief ‘iets uit niets’ lijkt mij veel onwaarschijnlijker. ‘Iets uit niets’ impliceert namelijk tegelijk: ‘niets uit iets’, of anders gezegd. En daar kan ik niet bij. Als we het hebben over het heelal en het ontstaan ervan en het einde ervan dan zou ik liever spreken van ‘de configuratie van het huidige heelal zoals wij dat nu kennen’.
LikeLike
Jaap,
De laatste open discussie staat hier. Hij is inderdaad al van een tijdje geleden. Binnenkort maar ’s een nieuwe maken.
LikeLike
Voor wie op zoek is naar een minder oppervlakkig en meer wetenschappelijk onderbouwd nieuw inspirerend verhaal over de mogelijke evolutie van menselijk samenleven, gericht op rechtvaardige bevordering van welzijn binnen mondiale ecologische grenzen (inclusief klimaat), lijkt een goed startpunt het onderzoek naar planetary boundaries en doughnut economics.
Zie voor een blik op de stand van zaken bv:
https://www.stockholmresilience.org/research/planetary-boundaries.html
En:
https://doughnuteconomics.org/about-doughnut-economics
Ook de Club van Rome probeert dit denken verder te ontwikkelen tot een samenhangend verhaal, m.n. via het idee van Earth for All:
https://earth4all.life/
Persoonlijk denk ik dat het CPB en andere planbureaus via dit soort benaderingen tot meer diepgang en inzichtgevende analyses kunnen komen, maar wellicht hebben anderen daar bedenkingen bij en/of betere suggesties voor.
LikeLike
Lieuwe,
die tekst van ‘communications consultants Edelman’ die je doorgaf lees ik als cynisme en hypocrisie in één. De ins en outs van de firma Edelman kun je op Wikipedia en elders vinden.
Het ontbreekt volgens die firma aan visie van overheden. Tja, het stikt van de overheidsvisies wereldwijd op alle continenten. En ze zitten allemaal met de handen in het haar dat ze met visionair gel van de merken x, y en z in model proberen te houden. Ik doe er spottend over maar bagatelliseer het niet. Mijn aandachtspunt is de tragiek van trust in visions, grote en kleine verhalen. De biosfeer functioneert a-verbaal en is stokdoof voor verhalen.
Lennart,
zie hierboven wat betreft mijn scepsis m.b.t. verhalen over een ‘goed verhaal’. Ik ben niet sceptisch over de methodes van de drie onderzoeksinstituten waarnaar je verwijst omdat ze niet met ‘verhalen’ werken (je suggereert dat abusievelijk) maar met modellen gebaseerd op beschikbare wetenschappelijke kennis van fysica, ecologie, etc.. Modellen zijn geen verhalen en verhalen zijn geen modellen die kennis faciliteren. Het blogstuk hierboven gaat erover: CPB presenteert kennis op grond van kwalitatief inferieure modellen.
LikeLike
Goff,
Misschien zijn modelscenarios te beschouwen als een specifiek soort verhaal, idealiter gebaseerd op zo expliciet en transparant mogelijk geformuleerde en onderbouwde aannames, feiten en verbanden daartussen. Maar ik kan me voorstellen dat het verschil tussen dit soort wetenschappelijke scenario-verhalen met de minder zorgvuldig onderbouwde politiek-ideologische verhalen voor een veel breder publiek duidelijker gemaakt kan worden door in het eerste geval niet van verhalen maar modelscenarios te spreken.
Voor een breder publiek zullen die in het algemeen toch alsnog in een makkelijker vertelbaar en aansprekend verhaal omgezet moeten worden om tot breed gedragen collectieve en individuele keuzes aanleiding te kunnen geven. Evolutionair gezien lijkt het er vooralsnog op dat samenlevingen zonder voldoende samenbindende (en realistische) verhalen in het algemeen minder kans op voortbestaan hebben dan die wel uit zulke verhalen kunnen putten. Of zie je dat je anders?
LikeLike
Lennart,
“Misschien zijn modelscenarios te beschouwen als een specifiek soort verhaal..”
Pseudo-sceptici etc. zeggen ook, zoals jij nu suggereert, dat wetenschap een soort ‘verhaal’ is. Nee dus, onderzoeksmodellen zijn geen verhalen. Dat verhaaltje kun je wat mij betreft beter met je olifantenslurf uitblazen 🙂
LikeLike
Je kunt dat ‘verhaal vertellen’ op verschillende manieren interpreteren, en dat lijkt hier ook een beetje te gebeuren. Natuurlijk is heldere communicatie belangrijk, zeker over een ingewikkeld onderwerp als klimaatverandering. Maar als de nadruk teveel op zoiets als ‘een aansprekend verhaal’ wordt gelegd, dan komen bij mijn associaties met marketingjargon naar boven. Met het idee dat je harde waarheden misschien maar wat af moet zwakken in je verhaal. Dat je de realiteit zo hier en daar maar een beetje bijkleurt om het publiek me te krijgen. Dat lijkt me zeker geen goed idee.
Over het verhaal dat Wijnberg voorstelde heb ik ook inhoudelijk mijn twijfels. Want het lijkt wel erg veel op het verhaal de we onszelf een lange tijd hebben verteld: over de prachtige toekomst die ons wacht dankzij alle groene technologie die we gaan ontwikkelen. De realiteit is nogal weerbarstig gebleken. Misschien hadden we best een behoorlijk eind op weg kunnen zijn naar die toekomst, als we er 20, 30 jaar geleden serieus aan waren gaan werken. Maar dat is niet gebeurd. Dus zou je je af kunnen vragen of dat verhaal over die mooie toekomst niet te gemakzuchtig is geweest. Bijvoorbeeld omdat het voorbijgaat aan de macht van gevestigde belangen, die helemaal geen baat hebben bij ingrijpende veranderingen. Misschien is dat verhaal niet zozeer het verhaal dat we anderen moeten vertellen, maar het verhaal dat we onszelf graag vertellen om onszelf gerust te stellen.
LikeLike
De uitkomsten uit modelonderzoeken worden gepresenteerd; elke presentatie, in woord en/of in beeld is een verhaal. Een scenario is een verhaal. Een grafische tijdreeks is een verhaallijn. Die laatste hebt ik niet zelf bedacht, dat is gewoon te zien op: https://www.ncei.noaa.gov/access/monitoring/climate-at-a-glance/global/time-series wanneer je je ingetypte selectiecriteria bevestigd met een klik op de verwerkingsknop.
LikeLike
Jaap,
Dat klopt. Maar als dat het perspectief is voor de opmerking dat we ‘betere verhalen moeten vertellen’, dan wordt die opmerking tamelijk nietszeggend. Want dan kun je er echt alle kanten mee op. En eindig je waarschijnlijk met alleen maar spraakverwarring. Zoals dat ook in dit draadje lijkt te gebeuren.
LikeLike
Carpenter et al 2019 zeggen over “narratives” onder meer:
‘The time may be ripe for new ways of combining familiar realities such as norms, traditions, narratives, and identities with new meanings, with the deepest symbolic structures… The perception of a life on the plateau and dancing on the volcano may help guide the significance of shifts in deeper meanings of existence. We may realize that well-being (physical and psychological health, material sustenance, and the sense of dignity and belonging that comes with being a recognized member of the community or society) is fundamentally embedded within and dependent upon a healthy and dynamic biosphere. Such “collective imaginaries,” i.e., representations that draw their authority from an empirical foundation, significant experiences of a community, and nonrational roots…, play essential roles in guiding human motivation and action.’
“Narratives” spelen ook een rol in het denken over sociaal-culturele evolutie van samenlevingen, meest nadrukkelijk m.b.t. de mogelijke rol van religies daarin. Atkinson 2021 verwijst bv naar Norenzayan et al 2016, waarin gesproken wordt over “minimally counterintuitive narratives”: https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7884303/
Spraakverwarring ligt inderdaad op de loer als dit soort grotere en kleinere betekenisgevende verhalen (al of niet afkomstig van marketingbureaus) gelijkgesteld worden aan de meer wetenschappelijk onderbouwde cq opgebouwde verhaallijnen van modelscenarios.
De huidige mondiale zoektocht lijkt me te zijn een vruchtbare verbinding te leggen tussen die twee typen ‘verhalen’ over een mogelijke cq gewenste toekomst. De tijd zal leren of en welke experimenten daarin (het beste) zullen slagen.
Mijn indruk is dat het verhaal van Raworth en de Club van Rome al wat verder ontwikkeld en beter onderbouwd is dan dat van Wijnberg, hoewel dat voldoende aanknopingspunten biedt voor verdere ontwikkeling in die richting.
LikeLike
Pingback: Een (te) oppervlakkige klimaatanalyse van het CPB - Sargasso
“De uitkomsten uit modelonderzoeken worden gepresenteerd; elke presentatie, in woord en/of in beeld is een verhaal. Een scenario is een verhaal. Een grafische tijdreeks is een verhaallijn.”
Jaap, dat klopt gewoon niet. Zogeheten scenario’s in wetenschappelijk onderzoek zijn geen verhalen maar berekende als/dan hypothesen; het zijn niet eens voorspellingen. En een grafisch weergegeven reeks van in de tijd opeenvolgende observaties op de statistische x en y assen is geen verhaallijn maar een tijdreeks van observaties.
Dat ik en jij een verhaal kunnen bedenken bij de grafieken die we zien betekent niet dat de grafieken verhalen zijn. Je haalt die twee door elkaar.
Overigens gaat het blogstuk over het defecte (mijn kwalificatie) rapportje van het CPB. Dus ik hou in dit draadje verder op over ‘verhalen’.
LikeLike
Nou ja zeg meneer Smeets toch, u haalt feiten en presentatie van feiten door elkaar…. . En als u feiten of hypotheses of scenario’s niet wenst te presenteren, dan houdt u ze toch lekker voor uzelf?
LikeLike
Goff,
Bij bepaalde wetenschappelijke scenarios wordt wel degelijk gewerkt met zo consistent mogelijke verhaallijnen, wat nog iets anders is dan “verhaaltjes”. Zie bv: https://www.pbl.nl/publicaties/verhaallijnen-van-de-deltascenario%E2%80%99s-voor-2050-en-2100 en https://link.springer.com/article/10.1007/s10584-018-2317-9
Maar zoals Hans aangaf moeten dit soort verhalen niet verward worden met de meer op inspiratie en ideologie gerichte grote verhalen waarover Wijnberg het heeft. Carpenter et al doelen wellicht op “narratives” die een verbinding kunnen vormen tussen de verhaallijnen van modelscenarios en die van meer op ideologie en inspiratie gerichte verhalen voor een veel breder publiek.
LikeLike
G.J. Smeets,
“ Als het te onzeker is om uit te rekenen kan een kwalitatieve beschouwing een betere optie zijn.”
Dat is de laatste zin van Hans Custers in het artikel. Ik heb het een beetje ondeugend vertaalt naar een verhaal en toen de link
naar het artikel op de Correspondent geplaatst van Rob Wijnberg. Het artikel op de Correspondent van Rob heeft geleid tot een levendige discussie op de website: meer dan 200 reacties.
Best wel bijzonder omdat ze sinds kort de regel ingevoerd hebben dat ‘reaguurders’ sinds kort niet meer dan 10 reacties per week mogen plaatsen. Ze hebben dat gedaan zodat je in de lijst van reacties geen false balansce krijgt (slecht Nederlands voor vals evenwicht). Brutale jongens en meisjes reageren nogal frequent en komen soms ook intimiderend over, vaak helpt het de discussie ook niet verder.
LikeLike
Lennart,
het PBL (je linkt daarnaar) is net als het CPB een instuut voor beleidsanalyse en niet voor wetenschappelijk (klimatologisch) onderzoek. Dat is een wezenlijk verschil. Wetenschappelijk onderzoek doet niet aan ‘narratives’.
Het blogstuk gaat over zo’n beleidsanalyse van het CPB. En over de kwaliteit ervan die Hans met redenen omkleed inferieur noemt: teveel onzekerheden die niet zijn verantwoord.
Lieuwe,
Ja, je hebt wat teweeg gebracht met die ‘ondeugende vertaling’ 🙂
LikeLike
Foutje: ‘G’ hierboven ben ik.
LikeLike
Goff,
Ik vermoed dat PBL-medewerkers naast hun beleidsanalyses ook wel degelijk in meer of mindere mate wetenschappelijk publiceren, maar los daarvan was de andere link hierboven naar Shepherd et al 2018 in Climatic Change. Hun abstract zegt:
“As climate change research becomes increasingly applied, the need for actionable information is growing rapidly. A key aspect of this requirement is the representation of uncertainties. The conventional approach to representing uncertainty in physical aspects of climate change is probabilistic, based on ensembles of climate model simulations. In the face of deep uncertainties, the known limitations of this approach are becoming increasingly apparent. An alternative is thus emerging which may be called a ‘storyline’ approach. We define a storyline as a physically self-consistent unfolding of past events, or of plausible future events or pathways. No a priori probability of the storyline is assessed; emphasis is placed instead on understanding the driving factors involved, and the plausibility of those factors. We introduce a typology of four reasons for using storylines to represent uncertainty in physical aspects of climate change… Storylines also offer a powerful way of linking physical with human aspects of climate change.”
Dit lijkt mij toch wel degelijk om een bepaalde vorm van wetenschappelijk klimaatonderzoek te gaan, maar als anderen het met jou eens zijn dat dit niet het geval is, dan hoor ik dat graag de onderbouwing daarvan.
LikeLike