Ik stond afgelopen zaterdag op de A12 in Den Haag. Niet in de file in de auto, maar met vlag en tamboerijn te protesteren tegen de 17,5 miljard euro die de Nederlandse overheid nog steeds elk jaar aan fossiele subsidies uitgeeft. Het was de zesde keer dat Extinction Rebellion een protest organiseerde op de A12 om te demonstreren met dezelfde eis: stop fossiele subsidies.
Ik was er voor het eerst bij. Eerder ben ik wel bij klimaatmarsen, demonstraties en stakingen geweest. Maar dit was de eerste keer op een autoweg, in plaats van een plein, veld of weg. En deze demonstratie was eigenlijk niet goedgekeurd. Burgerlijk ongehoorzaam dus.

Als klimaatwetenschapper word ik elke dag met de neus bovenop de feiten gedrukt. Het klimaat verandert in een ongeëvenaard tempo, de mens is daarvoor verantwoordelijk (maar niet iedereen evenveel), het heeft verstrekkende en dodelijke gevolgen, én we kunnen er iets tegen doen.
Ik voel bovendien een privilege als wetenschapper, omdat ik me realiseer dat niet iedereen in Nederland, of in de wereld, op de hoogte is van de feiten over de klimaatcrisis. De wetenschapper heeft gebruikelijke instrumenten in het arsenaal om deze kennis te verspreiden. Dat kan onder meer via publicaties en conferenties, maar ook via het onderwijs, via adviescommissies aan bestuurders, of via publieke populair-wetenschappelijke wegen (zoals schrijven op deze blog). Ik vraag me soms hardop af hoe toereikend deze instrumenten nog zijn, in tijden van een ongekende crisis.
Wetenschappers waarschuwen overheden al decennia over de grootsheid en gevaren van de klimaatcrisis. In al die jaren is de uitstoot van broeikasgassen alleen maar toegekomen. In het laatste IPCC-rapport wordt gezegd dat “elke vertraging in gecoördineerde actie een snel sluitende kans zal missen om een leefbare en duurzame toekomst voor iedereen veilig te stellen”. Ik kan er met mijn hoofd moeilijk bij dat landen die het Parijs akkoord hebben ondertekend, nu nog de uitrol van nieuwe fossiele projecten steunen. Vooral die landen die al decennia te veel uitstoten. De secretaris-generaal van de VN, Antonio Guterres, sprak bij de presentatie van het laatste IPCC-rapport de treffende woorden: “Klimaatactivisten worden soms afgeschilderd als gevaarlijke radicalen. Maar de echt gevaarlijke radicalen zijn de landen die de productie van fossiele brandstoffen verhogen.”
Die 17,5 miljard euro (zie Kader onderaan voor meer detail) die de Nederlandse overheid elk jaar in de vorm van subsidies aan de fossiele industrie geeft, is gelijk aan ongeveer 5% van de gehele Rijksbegroting. Of in andere termen: drie keer zo veel als de gehele klimaatbegroting. Zulke fossiele subsidies zijn radicaal. Daartegen in verzet gaan niet.
Natuurlijk kan dat via marsen en stakingen. Dat hebben we met de klimaatbeweging de afgelopen jaren geprobeerd. Ik ben al enige tijd actief bij Scientists4Future NL, waar we de klimaatdemonstraties steunen, en waar mogelijk ondersteunen met wetenschappelijk onderbouwde informatie. Vier jaar geleden schreef Bart ook reflecties op zijn deelname aan de klimaatmars in Amsterdam, waar ik ook mee liep. In die jaren zijn absoluut belangrijke dingen bereikt. Een klimaatakkoord, klimaatwet, een generatietoets en wetenschappelijke adviesraad over klimaat in het regeerakkoord. Misschien nog wel het belangrijkste is een omslag in de publieke opinie over klimaatverandering, en de vele initiatieven die er zijn om geïnformeerd het gesprek aan te gaan, zoals KlimaatGesprekken en de KlimaatHelpdesk.
Toch zijn er nog steeds al die fossiele subsidies. Voelen de beleidsmakers de urgentie dan niet? De opkomst van burgerlijke ongehoorzaamheid in de klimaatbeweging is in mijn ogen een bijna wanhopige poging van burgers om beleidsmakers de urgentie te laten voelen en adequaat klimaatbeleid af te dwingen.
En ook mij bekruipt een gevoel dat ik alleen als wanhoop kan omschrijven. Zaterdag zag ik een collega-wetenschapper met een bord waar op stond “Ik heb papers geschreven. Ik heb petities ondertekend. Ik heb marsen gelopen. Nu blokkeer ik de A12.” Op een of andere manier greep dat bord mijn aandacht. Ik herkende mezelf erin. Waarom sta ik hier? Het voelt absurd om als wetenschapper een snelweg te blokkeren. En toch vind ik het een te rechtvaardigen keuze.

Ik vind het te rechtvaardigen om voor deze vorm van directe, geweldloze actie te kiezen, juist omdat al die andere vormen waarmee aandacht voor een urgente zaak wordt gevraagd blijkbaar niet (genoeg) werken. De 1,5C in het Parijs akkoord begint snel uit zicht te raken. Vorig jaar nog kwam er een uitgebreid rapport uit dat stelde dat nieuwe fossiele projecten incompatibel zijn met het Parijs akkoord. Dat akkoord heeft ook de Nederlandse staat ondertekend! Het is in mijn ogen dus meer dan redelijk om het afschaffen van fossiele subsidies te eisen, zeker als dat bedoeld is voor nieuwe fossiele projecten.
En met mij zo’n honderd andere wetenschappers in Nederland. Onder de noemer van Scientist Rebellion waren we zaterdag vertegenwoordigd, een deel direct in de blokkade, en een deel bij het steunprotest, dat uiteindelijk ook grotendeels op de A12 plaatsvond. In herkenbare (en ja, stereotype) witte labjassen en gewapend met protestborden en posters met wetenschappelijke papers stonden we in de menigte. Aan de hand van promotiemateriaal met klimaatwetenschappelijke informatie gingen we ook het gesprek aan met mensen aan de kant, en zelfs met de politie. Wanhopig, maar hoopvol.

Lang dacht ik: dit is niet voor mij. Maar ik kan er persoonlijk niet meer om heen. De eis van Extinction Rebellion deze zaterdag was niet radicaal. Daarnaast ben ik niet ‘beperkt’ door bijvoorbeeld een zorgtaak, of de angst om vervolgd te worden. Ik had dus eigenlijk geen excuus, en daarom deed ik mee aan de supportdemonstratie. Voordat de waterkanonnen werden ingezet, was ik al naar huis. Om zelf gearresteerd te worden, gaat me vooralsnog te ver. Wie weet denk ik daar een volgende keer anders over. Maar ik hoop dat het gewoon niet zo ver hoeft te komen. De Nederlandse staat hoeft alleen maar de fossiele subsidies af te schaffen. Dat is toch niet te veel gevraagd?
Arthur Oldeman
Kader: Hoeveel fossiele subsidies?
Waar komt die 17,5 miljard euro voor fossiele subsidies precies vandaan? Op deze website van Extinction Rebellion wordt het met gedegen bronvermelding duidelijk uiteengezet. Minder ‘gekleurd’ zijn deze relevante artikelen van de NOS, RTL nieuws en het FD, waar ook op het getal in wordt gegaan. Ik zal het hier kort samenvatten. De 17,5 miljard komt van deze analyse van onderzoeksjournalist Alman Metten, op basis van openbare CBS-data. Eigenlijk gaat het helemaal niet om subsidies, maar vooral om kortingen of vrijstellingen op belastingen en accijns (in economen-jargon worden dat ook subsidies genoemd). Het mislopen van belastinginkomsten worden ook subsidies genoemd. Daar valt bijvoorbeeld de accijnsvrijstelling op kerosine onder, maar ook belastingkorting voor bedrijven die naar gasvelden op de Noordzee zoeken. De Nederlandse overheid schatte dit bedrag in 2020 op 4,5 miljard euro (ook veel), maar hun eigen analyse bevatte veel posten waarop niet bekend is om hoe veel geld het gaat, en dus wordt het niet meegerekend. In de 17,5 miljard zijn al deze gaten wel gevuld. Dit gaat dan onder meer om 1,5 miljard euro aan raffinaderijvrijstellingen; dit zijn accijnsvrijstellingen voor bedrijven die gas, olie en kolen gebruiken in hun raffinaderijen. Voor meerdere van dit soort accijnsvrijstellingen geldt dat landen om ons heen dit niet doen. Dat maakt de Nederlandse situatie redelijk uniek. Uiteindelijk is het goed om te realiseren dat in de analyse van Metten een groot deel schattingen betreft. Het kan dus minder, maar ook meer dan 17,5 miljard euro aan belastingvoordelen zijn. In dit overzicht in het FD belooft Metten dat hij in de komende weken met een herziene analyse komt, waarin hij een aantal uitgelichte kritieken verwerkt. In elk geval zal het bedrag meer zijn dan 4,5 miljard, wat op zichzelf al heel veel geld is, en ongeveer evenveel als er in de rijksbegroting voor klimaatbeleid is vastgelegd.
Intussen zijn de meeste mensen zich wel bewust van de klimaatveranderingen. Daar hoef je geen wetenschapper voor te zijn. De meesten zijn zelfs niet meer in de ontkenning. Er zijn echter wel heel veel nieuwe en recente auto’s die niet elektrisch zijn. Nieuwe auto’s zijn gebouwd om 20 jaar mee te gaan. Moeten die dan allemaal op korte termijn van de baan? Dat zijn dure investeringen (kosten) voor de gewone mensen. Je zal niet veel begrip vinden bij de gewone mensen met dit soort klimaatacties. Je schrikt er de massa mee af. De overheden gaan het niet oplossen. De focus ligt verkeerd.
LikeLike
Dag Klimaatkraker. Nee, ik denk niet dat nieuwe diesel of benzine auto’s nu van de baan moeten. De eis van het protest is afschaffen van fossiele subsidies, of dus eigenlijk voornamelijk belastingvoordelen voor fossiele bedrijven. De fossiele industrie krijgt nu dus prikkels om meer en goedkope fossiele brandstoffen te gebruiken. Dat moet wel op korte termijn van de baan.
Dat kan of zal betekenen dat fossiele brandstoffen duurder worden, en dus ook het gebruik er van. Ik zie zelf ten dele daarin een taak van de overheid om er voor te zorgen dat die kosten niet zodanig de pan uit reizen dat rijden in een dieselauto onbetaalbaar wordt, zeker voor lage inkomens. Dat is afgelopen jaar bijv ook met een prijsplafond voor de energieprijzen gebeurd, dus kan best. Daarnaast ligt er een verantwoordelijkheid bij overheden én bedrijven om de burger te helpen met de juiste, duurzame, keuze.
Arthur
LikeLike
Dank, Arthur, voor je inzet voor sterker klimaatbeleid door afschaffing van fossiele subsidies en je toelichting daarop.
Ik stond zelf ook als supporter op de A12 en was blij met de ondersteuning vanuit Scientist Rebellion, dat ook leerzame webinars organiseert en deelt via Youtube, zoals bv deze met Tim Lenton over tipping points in het fysisch-sociale klimaatsysteem: https://www.youtube.com/watch?v=KqpmE_FQwpI
Daarin noemt Lenton o.a. het risico van een “civilizational collapse” als gevolg van het mogelijk overschrijden van kantelpunten in het klimaatsysteem indien het niet lukt om via kantelpunten in ons sociale systeem de opwarming voldoende te beperken. Dat risico lijkt mij persoonlijk burgerlijke ongehoorzaamheid voor sterker klimaatbeleid meer dan te rechtvaardigen.
Op 12 maart, de dag na de blokkade van de A12, zag ik dat Maarten Keulemans, wetenschapsjournalist bij de Volkskrant, Jesse Klaver van desinformatie betichtte door het risico van een onbewoonbare aarde te benoemen. Mijn indruk is dat wetenschappelijk het risico van een (deels) onbewoonbare c.q. onleefbare aarde wel degelijk als realistisch gezien wordt, bv obv werk van Lenton en collega’s. Vandaar mijn reactie aan Keulemans obv o.a. Lenton et al 2019, waarin het volgende staat: https://twitter.com/lennartvdl/status/1634887776930787329?s=20
“If damaging tipping cascades can occur & a global tipping point can’t be ruled out, then this is an existential threat to civilization. We are in a state of planetary emergency: the risk & urgency of the situation are acute. The stability & resilience of our planet is in peril.”
Keulemans leest dat stuk als een opinie van activistische wetenschappers en ziet er bovendien geen risico voor een (deels) onbewoonbare aarde in. Ik ben benieuwd hoe jij als klimaatwetenschapper die opvatting van Keulemans beoordeelt. Is het niet juist hijzelf die hier een scheef beeld van de risico’s volgens de klimaatwetenschap schetst (en zich in die zin nogal activistisch opstelt)?
Ik legde die vraag voor aan Lenton zelf, die mij wees op een nieuw artikel dat binnenkort gepubliceerd wordt in Nature Sustainability, met als implicatie dat zelfs zonder een tipping cascade een groot deel van de aarde minder bewoonbaar wordt: https://www.biorxiv.org/content/10.1101/2022.06.07.495131v1
Dit artikel zegt o.a.:
“The costs of climate change are often estimated in monetary terms, but this raises ethical issues. Here we express them in terms of numbers of people left outside the ‘human climate niche’ – defined as the historically highly-conserved distribution of relative human population density with respect to mean annual temperature (MAT). We show that climate change has already put ~8% of people (>500 million) outside this niche. By end-of-century (2080-2100), current policies leading to around 2.7 °C global warming could leave one third (21-42% or 2-4 billion) of a future 9.5 billion population outside the niche. Limiting global warming to 1.5 °C could halve this exposure, reducing it by ~1.5 billion people… Overall, our results illustrate the huge potential human cost and the great inequity of climate change – without having considered exposure to e.g., sea-level rise. They also inform discussions of loss and damage. The worst-case scenarios of ~3.6 °C or even ~4.4 °C global warming could put half of the world population outside the historical climate niche, posing an existential risk. The ~2.7 °C global warming expected under current policies puts around a third of world population outside the niche.”
Een existentieel risico voor mogelijk de helft van de wereldbevolking impliceert ook een existentieel risico voor de rest van de mensheid in de huidige intensief samenhangende wereldsamenleving. Kan de wereld daarmee letterlijk onbewoonbaar worden? Waarschijnlijk niet. Maar onbewoonbaar in de zin van grotendeels veel minder leefbaar? Waarschijnlijk wel. Dat als “pure nonsens” afdoen, zoals Keulemans doet, zonder enige onderbouwing, lijkt mij meer op desinformatie lijken dan de (altijd te nuanceren) uitspraak van Klaver. Of zie je dat anders?
LikeLike
Dag Lennart, hartelijk dank voor je woorden! Goed om te horen dat jij er zaterdag ook bij was.
Dan over de onleefbare planeet. Zoals je benoemt, zijn er meerdere studies die wijzen op de verstrekkende gevolgen van klimaatverandering op leefbaarheid van de planeet. Dit is dan vaak een combinatie van zodanig hoge temperaturen en luchtvochtigheid dat letterlijk ademen bemoeilijkt wordt. Dan heb je ook het directe effect van de stijgende zeespiegel dat nu al eilandstaten verkleint en daarmee de leefbaarheid aantast. En vele meer indirecte gevolgen, zoals grootschalige migratie door opeenvolgende oogsten die mislukken door droogte, of gebieden die vaker door orkanen of stormvloeden zullen worden geteisterd. Dat zijn helemaal geen radicale bevindingen van activistische studies. In het AR6 WGII Impact rapport van het IPCC is een van de bevindingen: “Approximately 50-75% of the global population could be exposed to periods of “life-threatening climatic conditions” due to extreme heat and humidity by 2100.”
(dit heb ik uit de samenvatting van CarbonBrief:)
https://www.carbonbrief.org/in-depth-qa-the-ipccs-sixth-assessment-on-how-climate-change-impacts-the-world/
Ik waardeer Maarten Keulemans als wetenschapsjournalist, maar ook hij is gekleurd. Hij doet namelijk vaak wetenschappers die zich op een of andere manier activistisch gedragen af als alarmisten. Het is in mijn optiek een beetje ‘cherry picking’ vanuit zijn kant om het wijzen op extremere scenario’s, die niet onrealistisch zijn, af te doen als onzin.
Nou zal de hele Aarde niet gauw onleefbaar of onbewoonbaar worden. Maar dat in bepaalde gebieden de leefbaarheid ernstig negatief wordt aangetast, is -voor zover ik de literatuur kan beoordelen- een feit, bijna ongeacht het scenario. Natuurlijk is de uitspraak van Klaver te nuanceren. Maar ik verwacht zulke nuance eerder van een wetenschapsjournalist… En volgens mij zijn er meer dan genoeg andere politici die constant desinformatie verspreiden, waar je je energie beter in kan steken.
LikeLike
Dank, Arthur, voor je reactie en je verwijzing naar die bevinding van het IPCC. Precies dat zinnetje wordt ook genoemd in Kemp et al 2022 over “catastrophic climate change scenarios”: https://www.pnas.org/doi/epdf/10.1073/pnas.2108146119
“The IPCC notes, in its Sixth Assessment Report, that 50 to 75% of the global population could be exposed to life-threatening climatic conditions by the end of the century due to extreme heat and humidity.”
Deze bevinding komt blijkbaar uit hst.6 van AR6 wg2, dat o.a. op p.988 zegt: https://www.ipcc.ch/report/ar6/wg2/downloads/report/IPCC_AR6_WGII_Chapter06.pdf
“Depending on RCP, between half (RCP2.6) and three-quarters (RCP8.5) of the global population could be exposed to periods of life-threatening climatic conditions arising from coupled impacts of extreme heat and humidity by 2100 (see Section 6.2.2.1; WGII Figure 6.3; Mora et al., 2017; Zhao et al., 2021; Huang et al., 2019).”
In het verlengde hiervan schrijven Kemp et al 2022 onder meer:
‘How bad could climate change get? As early as 1988, the landmark Toronto Conference declaration described the ultimate consequences of climate change as potentially “second only to a global nuclear war.”… There are many potential contributors to climate-induced morbidity and mortality, but the “four horsemen” of the climate change end game are likely to be famine and undernutrition, extreme weather events, conflict, and vector borne diseases. These will be worsened by additional risks and impacts such as mortality from air pollution and sea level rise…
A complete risk assessment needs to consider climate impacts, differential exposure, systemic vulnerabilities, responses of societies and actors, and the knock-on effects across borders and sectors, potentially resulting in systemic crises. In the worst case(s), a domino effect or spiral could continuously worsen the initial risk…
Climate change will unfold in a world of changing ecosystems, geopolitics, and technology. Could we even see “warm wars”—technologically enhanced great power conflicts over dwindling carbon budgets, climate impacts, or SRM experiments? Such developments and scenarios need to be considered to build a full picture of climate dangers. Climate change could reinforce other interacting threats, including rising inequality, demographic stresses, misinformation, new destructive weapons, and the overshoot of other planetary boundaries…
The potentially catastrophic risks of climate change are difficult to quantify, even within models. Any of the abovementioned modeling approaches should provide a greater understanding of the pathways of systemic risk, and rough probabilistic guides. Yet the results could provide the foundation for argumentation-based tools to assess the potential for catastrophic outcomes under different levels of temperature rise. These should be fed into open deliberative democratic methods that provide a fair, inclusive, and effective approach to decision-making.’
Het risico op een kernoorlog in de context van langere termijn klimaatopwarming met risico op ernstige mondiale disruptie lijkt een zeer riskante cocktail, die nog te weinig onderkend wordt. De “doomsday clock” van de Bulletin of Atomic Scientists staat inmiddels door de oorlog in Oekraine en het gebrek aan effectieve mondiale klimaatafspraken op 90 seconden voor middernacht, “the closest to global catastrophe it has ever been”: https://thebulletin.org/doomsday-clock/current-time/
Wetenschapsjournalisten zouden m.i. de eersten moeten zijn, na de betreffende wetenschappers zelf, om dit soort informatie te delen met het bredere publiek. Mede doordat journalisten dat de afgelopen decennia onvoldoende gedaan hebben, vestigen nu steeds meer burgers en wetenschappers hun hoop op het ultieme middel van burgerlijke ongehoorzaamheid om politiek en samenleving alsnog tot zo effectief mogelijk klimaatbeleid aan te zetten. Dat lijkt me zeer begrijpelijk en legitiem.
Dat een journalist als Keulemans de klimaatrisico’s nog altijd blijft bagatelliseren, vind ik een stuk moeilijk te begrijpen, vooral omdat hij dat nergens gedegen lijkt te onderbouwen. Of heb ik die onderbouwing gemist? De risico’s bagatelliseren lijkt me een vorm van roekeloos gokken met het welzijn van mensen vooral elders en later, niet iets dat past bij de ethiek van journalistiek en wetenschap. Zou het niet iets zijn voor Scientist Rebellion om (relatief invloedrijke) journalisten zoals Keulemans te vragen hun journalistieke klimaatpositie zo goed mogelijk wetenschappelijk te verantwoorden?
LikeLike
Hier nog een goede onderbouwing van Capstick et al 2022 in Nature Climate Change van de legitimiteit van burgerlijke ongehoorzaamheid door klimaatwetenschappers: https://www.nature.com/articles/s41558-022-01461-y.epdf?sharing_token=VHyhJxFl_-djIxA4fosDB9RgN0jAjWel9jnR3ZoTv0NF7JCmrr-vBEbvlM_0ke8OeJDXg4B3EyFiUEmnL-3jH51YqzniPPLd5ctKaFuF7IlPnlCNwtgl2BR_Ez3QHlGj5oh_lPMVEJlqeiNjW66kQWuIdOplcg9X3HLpZQqejaY%3D
Benieuwd wat iemand als Keulemans van hun argumenten vindt.
LikeLike
Als we met een helicopterview naar het sentiment in dit land willen kijken, dan dienen we ook de Telegraaf (de grootste krant van Nederland) te lezen, met name ingezonden reacties. De stelling van de dag in de Telegraaf van vandaag was: meer belasting betalen voor het klimaat. 96% was het hiermee oneens. Slechts tien procent van de stemmers vindt het belangrijk dat de klimaatdoelen van 2030 worden behaald. De meerderheid van de deelnemers vindt dit niet nodig. Een overgrote meerderheid gelooft dat het niet nodig is dat het kabinet nog extra klimaatmaatregelen treft. Driekwart van de stemmers gelooft niet dat het duurder maken van klimaatbelastende hobby’s gaat helpen om het gedrag van consumenten te veranderen. Uiteraard is er bijna niemand van de stemmers die vindt dat autorijden duurder moet worden gemaakt. Twee derde van de stemmers wil bijvoorbeeld niet dat er een hogere vliegtaks komt.
Reactionair sentiment, korte termijn eigenbelang. Wel of niet te doorbreken met wetenschappelijke argumenten?
Niet iets om optimistisch van te worden lijkt mij. Aan het stikstofbeleid kunnen we zien dat de boel op scherp staat zodra het op het nemen van de pijn aankomt. Dan wordt de regering afgestraft. Hetgeen we denk ik 1 op 1 kunnen doorvertalen naar ‘klimaat’.
LikeLike
Jaap,
Hoe representatief zijn zulke stemmingen en reacties in de Telegraaf? Kunnen we niet beter kijken naar meer betrouwbare opiniepeilingen? Daaruit komt voor zover ik weet toch een ander beeld naar voren: dat een ruime meerderheid van Nederland wel degelijk effectief klimaatbeleid steunt, zolang het maar voldoende rechtvaardig georganiseerd is. Zowel TNO als de WRR heeft vrij recent zulk onderzoek gedaan, dacht ik, en eerder o.a. ook Motivaction. Kunnen we niet beter naar dat soort onderzoeken kijken dan naar wat er in de Telegraaf staat? Die krant staat m.i. toch vooral voor een bepaald gevestigd/commercieel belang.
LikeLike
Over die 50-75% van de wereldbevolking die te maken kan krijgen met levenbedreigende hitte en vochtigheid: IPCC verwijst daarbij vooral naar Mora et al 2017: https://www.researchgate.net/profile/Farrah-Powell/publication/318173438_Global_risk_of_deadly_heat/links/59d34762a6fdcc181ad908dd/Global-risk-of-deadly-heat.pdf
Mora et al zeggen:
“[W]e identified a global threshold beyond which daily mean surface air temperature and relative humidity become deadly. Around 30% of the world’s population is currently exposed to climatic conditions exceeding this deadly threshold for at least 20 days a year. By 2100, this percentage is projected to increase to ~48% under a scenario with drastic reductions of greenhouse gas emissions and ~74% under a scenario of growing emissions… [W]e use ‘lethal’ when referring to climatic conditions during documented cases of excess mortality and ‘deadly’ when referring to climatic conditions that are projected to cause death… We do not quantify human deaths per se because the extent of human mortality will be considerably modified by social adaptation (for example, use of air conditioning, early warning systems, and so on). Although social adaptation could reduce the exposure to deadly heat, it will not affect the occurrence of such conditions… highlighting that outdoor conditions will remain deadly even if social adaptation is broadly implemented. Our aim is to quantify where and when deadly heat conditions occur, which in turn can provide important information on where social adaptation will likely be needed… [T]he boundary at which temperature becomes deadly decreases with increasing relative humidity (Fig. 1b) and… in our results some heat mortality events occurred at relatively low temperatures.”
“Deadly” betekent dus “excess mortality”, maar hoeveel “excess” hangt af van de mate waarin de drempelwaarde overschreden wordt en van de mate van aanpassing aan die overschrijding. Figuur 1b laat zien dat vanaf een gemiddelde dagtemperatuur van circa 30-50 graden C met 95% waarschijnlijkheid oversterfte zal optreden (als ik het goed begrijp?), afhankelijk van de luchtvochtigheid. Hoe lager de luchtvochtigheid, hoe hoger de temperatuur kan worden voordat die dodelijk kan worden.
Figuur 3 laat dan zien hoeveel levensbedreigende dagen er verspreid over de wereld jaarlijks waarschijnlijk zullen voorkomen bij diverse emissie-/concentratiescenario’s. Bij bv RCP4.5 kan dat in een behoorlijk deel van de wereld rond de evenaar oplopen tot meer dan de helft van het jaar, terwijl dat daar nu maximaal 2-3 maanden per jaar het geval is. Figuur 4a-d laat zien dat niet alleen het aantal overschrijdingsdagen toeneemt, maar ook de mate van overschrijding en daarmee de mogelijke dodelijkheid.
De vraag is in hoeverre steden/landen zich aan dit soort extreme combinaties van hitte en luchtvochtigheid, en de daaruit voortkomende migratiedruk, nog zullen kunnen aanpassen. Keulemans noemt het “vervelend”; Klaver ziet het eerder als “onleefbaar”. Zelf zie ik het vooral als roekeloos om dit soort risico’s te bagatelliseren/onderschatten, vooral ook omdat de risico’s van het overschrijden van climate tipping points, en mogeljjke geopolitieke gevolgen daarvan, hierin nog niet eens is meegenomen.
Carpenter et al 2019 beschrijven onze huidige situatie daarom als “dansen op de vulkaan”: https://www.ecologyandsociety.org/vol24/iss1/art23/
Zoals zij zeggen:
“The context is the Anthropocene, a human-dominated biosphere challenging the resilience of a livable planet… We reflect on global changes that may contribute to social destabilization such as rising wealth concentration and environmental degradation and ask how responses may be understood from social-psychological forces such as the need for group identity and managing the terror of mortality. The emerging image is that of a society engaged in multifaceted experimentation. Maintaining such experimentation may help inspire novel pathways to desirable futures, but there is a risk of societies becoming trapped in backward-looking narratives that threaten long-term sustainable outcomes… The Earth system is currently unstable in many dimensions: the human population is unsustainable at current consumption levels, climate is changing beyond the range experienced in human evolutionary history, soil and water are also degrading, and key elements of the biosphere that support human life are disappearing. Plausible pathways are many, and include the collapse of global civilization or transformation to a new social organization that is sustainable by the life support provided by the biosphere.”
LikeLike
Recenter onderzoek geeft overigens aan dat mensen gevoeliger zijn voor extreme combinaties van hoge temperatuur en luchtvochtigheid dan eerder gedacht: https://energyinnovation.org/2022/08/15/extreme-heat-is-deadly-expensive-inequitable-and-now-more-than-ever-preventable
“recent research illuminates why extreme heat poses even greater health and economic threats than previously thought, but also points to ways we can build effective solutions to address it… A frequently cited upper limit to human survivability is the “wet-bulb” temperature of 95º Fahrenheit (35º Celsius) (Sherwood and Huber, 2010). Taken by a thermometer covered with a wet cloth, a wet-bulb reading in effect integrates temperature and humidity conditions. Because experiencing WB 95ºF for only for a few hours—even in shade—will likely cause death even in healthy people, climate change researchers have used this threshold as an accepted value to assess the future habitability of regions.
Recently, a Pennsylvania State University physiology team wondered whether human heat tolerance might actually be lower than WB 95ºF. To figure this out, they exposed 24 healthy participating adults with a variety of body types to a range of different temperature and humidity levels. The team found that the heat exposure level that exceeded the body’s natural cooling ability—what they call an “uncompensable” level of heat stress—occurred well below 95ºF for all subjects (see Figure 1). In humid conditions, with air temperature in the range of 96.8ºF – 104ºF (36ºC to 40ºC), the critical wet-bulb limit averaged about 86ºF (30ºC) with a range of plus or minus nearly 1.8ºF (1ºC). In increasingly dry conditions with air temperature upward of 122ºF, the critical wet-bulb value fell below 79ºF (26ºC)…
These results suggest there is no single, universal human adaptability limit. Rather, limits will vary based on climate conditions and individual physiology. And even though the threshold of WB 95ºF has rarely been exceeded, more places already experience the lower critical values found in this study, which reinforces the immediate need to implement heat health strategies along with underlying emissions reductions that would reduce overall future warming. An interactive map created by Columbia University researchers showcases where extreme WB temperatures have been recorded, with most of those close or above WB 35ºC occurring in South Asia or the Middle East.”
LikeLike
Zie ook nog deze tweet van klimaatonderzoeker Matthew Huber van eind 2021: https://twitter.com/climatedynamics/status/1473316104705556480?s=20
“where critical wet bulb temperatures were nearly constant between 30-31°C is a better practical estimate of this upper limit”
Zulke temperaturen komen nu al voor en zullen steeds meer voorkomen en daarmee steeds meer gebieden voor langere of kortere tijd moeilijker leefbaar maken.
LikeLike
Toch is het een goed punt wat Jaap aanhaalt. Een poll in de Telegraaf mag dan wel niet representatief zijn voor heel NL, en is een grote groep mensen die het belang van (meer / beter) klimaatbeleid niet inzien. Daar ligt m.i. wel een grote uitdaging in de nabije toekomst. De klimaatcrisis raakt iedereen, ook de rechtse stemmer of klimaatontkenner. Hoe communiceer je de ernst en de urgentie, en de noodzaak voor adequaat beleid, naar deze grote groep burgers? Hebben we meer vormen van communicatie, en onderwijs nodig, of betere?
Een groot onderdeel van die uitdaging is desinformatie. Een grote groep mensen is vatbaar voor desinformatie. Als er dan politici rondlopen, die jij overtuigend vindt spreken, en die (zonder weerwoord) op alle nieuwsmedia verschijnen, dan kun je die vertrouwen en stem je daarop. De afgelopen verkiezingen zien we veel populistische politici die onzin over klimaat en de natuur verkondigen. Maar hun woorden worden niet gecheckt of gefilterd. Hoe gaan we daar als samenleving mee om..? En is de juiste informatie geven het enige antwoord? Of draait het meer om storylines en handelingsperspectief..?
LikeLike
Inderdaad, Arthur, hoe daarmee om te gaan? Kemp et al 2022 stellen meer deliberatieve besluitvorming, bv via een geloot burgerberaad, voor (net als Extinction Rebellion):
“The potentially catastrophic risks of climate change are difficult to quantify, even within models. Any of the abovementioned modeling approaches should provide a greater understanding of the pathways of systemic risk, and rough probabilistic guides. Yet the results could provide the foundation for argumentation-based tools to assess the potential for catastrophic outcomes under different levels of temperature rise. These should be fed into open deliberative democratic methods that provide a fair, inclusive, and effective approach to decision-making.”
In zo’n deliberatieve setting, met zo’n representatief mogelijke afspiegeling van de bevolking, kan de best beschikbare wetenschappelijke kennis besproken worden, evenals diverse storylines en handelingsperspectieven. Daaruit kunnen de deelnemers dan hun conclusies trekken en aanbevelingen geven aan de politiek en de rest van de samenleving, die daar dan over kunnen beslissen, al dan niet bekrachtigd met een (p)referendum. Zie daarvoor bv ook het advies van de Commissie Brenninkmeijer: https://open.overheid.nl/documenten/ronl-ffc3e3ce-a5d5-4bf7-858a-7a6c61a8ceb7/pdf
Als het goed is beslist de 2e Kamer binnenkort of zo’n landelijk burgerberaad georganiseerd gaat worden. Op provinciaal niveau zijn er al een paar bezig/afgerond, dacht ik.
LikeLike
Ik had altijd mijn bedenkingen over een burgerberaad, maar misschien is het toch wel een goed idee. Het zal in elk geval beter werken dat het oude poldermodel. FTM legde gisteren het grote probleem van dat poldermodel (achter een betaalmuur) bloot: overleg met gevestigde belangen over een ingrijpende transitie werkt niet. Want de transitie die nodig is gaat nu juist in tegen dat gevestigde belang. Polderen levert dan een klimaatakkoord op dat dat belang toch beschermt, en de verantwoordelijkheid en kosten zoveel mogelijk afschuift op partijen die niet aan tafel zitten. In dit geval: burgers en kleine bedrijven.
Op deze manier krijg je natuurlijk nooit draagvlak. Hoe hard je ook je best doet om het publiek te informeren over de wetenschap en om desinformatie te debunken.
Misschien is dit trouwens wel iets waar veel BBB-stemmers en XR-aanhangers elkaar kunnen vinden: de te grote invloed van gevestigde belangen op de politiek. In dat opzicht is er wel wat veranderd sinds we met dit blog begonnen. Pseudoscepsis was destijds nagenoeg altijd gekoppeld aan een heilig geloof in de markt, in gevestigde (economische) belangen en in politiek die in dienst stond daarvan. Dat is inmiddels wel anders. Neoliberalisme wordt (ook al is de definitie daarvan niet altijd even duidelijk) tegenwoordig vanuit meerdere richtingen bekritiseerd.
LikeGeliked door 1 persoon
Lennart, je zegt over de Telegraaf: “Die krant staat m.i. toch vooral voor een bepaald gevestigd/commercieel belang.”
Ja, precies. En het zijn naast de gevestigde belangen ook de heersende sentimenten die politiek relevant zijn. Populisme (‘de onderbuik’) is relevant en dient dus serieus te worden genomen om er een redelijk antwoord op te vinden voor het kunnen voeren van effectief klimaatbeleid. De ‘onderbuik’ is een sterke kracht op het moment dat er pijn moet worden genomen.
Hoe daar antwoord op te geven, zodanig dat je de ‘onderbuik’ (ook je eigen – in ieder mens zit toch wel die tweestemmigheid als het eropaan komt lijkt mij) mee krijgt? Blijven bestoken met wetenschappelijke informatie en redelijke argumenten? Of toch meer zoals Arthur zegt: storylines en handelingsperspectief.
Welke waarden en belangen liggen er onder het populisme? Een psycho-sociologische kwestie, dunkt mij. De symptomen van ‘de onderbuik’ zijn herkenbaar in bepaalde media, in die zin is het dus ook relevant om die media te volgen.
LikeLike
https://tinyurl.com/ycynfwn2
Hans,
Met bovenstaande link blijft dat artikel van FTM te openen.
LikeLike
Jaap, het is niet dat ik ervoor pleit de onderbuik te negeren, maar wel dat we proberen zo goed mogelijk in te schatten wat die onderbuik zegt en in welke mate. De Telegraaf laat dat voor een deel van de onderbuik zien, maar vergroot dat deel ook uit en wakkert het aan. Een ander deel wordt daarin juist genegeerd of actief tegengewerkt, bv dat deel dat te grote politiek-economische ongelijkheid onrechtvaardig of niet in het algemeen belang vindt. Via een geloot burgerberaad is naast de invloed van anti-democratische lobbies ook de vergelijkbare invloed van corporate media misschien (enigszins) te beperken?
LikeLike
Overigens zit er achter de opkomst van BBB blijkbaar ook een aanzienlijk commercieel belang, dus of die opkomst vooral gericht is tegen de te grote invloed van gevestigde belangen, zoals Hans veronderstelt, vraag ik me af.
LikeLike
Lennart,
Het is het recept dat in de VS al lang wordt gebruikt: gevestigde belangen zetten populisme in om weerstand aan te wakkeren tegen beleid dat ze niet willen. Via astroturfing. En via politici die aan hun kant staan.
Het blijkt voor dit soort campagnes niet zo’n probleem te zijn als het verkoopverhaal soms in tegenspraak is met de werkelijke bedoelingen. Of als het zichzelf zo hier en daar tegenspreekt. Ze blinken vooral uit in opportunisme. En juist daar is heel moeilijk een antwoord op te vinden.
(BBB heeft er bijvoorbeeld geen moeite mee om af en toe mee te liften op sentimenten tegen gevestigde belangen, bijvoorbeeld als het gaat over de enorme winsten die energiebedrijven de afgelopen tijd hebben gemaakt, of de KLM/Schiphol-lobby.)
LikeLike
Eens, Hans. En is het in dit geval ook niet zo dat partijen als VVD en CDA door de juridische stikstof-grenzen zich gedwongen voelen te kiezen tussen economische sectoren/belangen als veehouderij vs luchtvaart, verkeer, wegen-/woningbouw, industrie? Met een keus die voor veehouderij vooralsnog ingrijpender uitpakt dan voor de andere sectoren organiseert die sector zich nu via de BBB, en inderdaad inspelend op bredere onvrede onder een aanzienlijk deel van de bevolking. Dat is althans mijn indruk.
LikeLike