Nee, de klimaatwetenschap maakt geen melding van aannames die men helemaal niet doet

Op 3 juni verscheen in het Financieele Dagblad een opiniestuk van emeritus hoogleraar Guus Berkhout. Berkhout liet daarin, niet voor het eerst, zien dat hij er een nadrukkelijke mening over klimaatwetenschap op na houdt die niet berust op een gedegen kennis van de feiten.

Inmiddels is door het FD de volgende reactie gepubliceerd.

Klimaatwetenschap niet afserveren met stropop

Nu president Trump heeft aangekondigd uit het klimaatakkoord van Parijs te stappen, roeren de tegenstanders van dat akkoord zich weer flink in de media. Dat recht hebben ze, maar wanneer zij de gehele klimaatwetenschap afserveren op basis van aantoonbare onjuistheden, of al lang en breed blootgelegde drogredeneringen — zoals Guus Berkhout doet in zijn opiniestuk in het FD van 3 juni — is dat toch een kwalijke zaak.

Berkhout beweert dat men in de klimaatwetenschap aannames doet, die niet ter discussie worden gesteld in de peer reviewed literatuur. Zo veronderstelt hij dat wetenschappers ten onrechte aannemen dat ‘grote natuurkrachten’ geen rol meer spelen in klimaatverandering.

Het probleem is alleen dat er geen enkele serieuze klimaatwetenschapper bestaat die dit aanneemt. Hij dicht klimaatwetenschappers dus een opvatting toe die ze in de praktijk helemaal niet hebben. Om vervolgens die door hemzelf verzonnen opvatting aan te vallen. Een stropop, zoals die drogreden doorgaans wordt genoemd.

Wat blijkt uit de peer reviewed literatuur is dat er simpelweg geen enkele aanwijzing is van een grote natuurkracht die de, naar geologische maatstaven, snelle opwarming van 1°C die we in de afgelopen anderhalve eeuw hebben gezien kan verklaren.

Ook suggereert Berkhout dat klimaatmodellen de klimaatveranderingen uit het verleden niet zouden kunnen verklaren, maar wederom is het tegendeel het geval. Het is juist de volledige wetenschappelijke kennis — over de fysica in het klimaatsysteem, over veranderingen in het verleden en over de opwarming die op dit moment plaatsvindt — die, in samenhang bekeken, ontegenzeggelijk op de menselijke invloed wijst.

Daarmee is overigens — laat dat duidelijk zijn — niet gezegd dat de wetenschap een toekomstig klimaat tot in detail kan voorspellen. Absolute zekerheid bestaat niet. Wat de klimaatwetenschap wel laat zien is dat klimaatverandering grote risico’s met zich meebrengt als we onze economische ontwikkeling in de toekomst grotendeels op het gebruik van fossiele brandstoffen blijven baseren.

Het akkoord van Parijs is dan ook niet gebaseerd op absolute zekerheid. Waar het akkoord in wezen op neerkomt is dat vrijwel de gehele wereldgemeenschap het er over eens is dat klimaatverandering zodanige risico’s oplevert, dat aanzienlijke inspanningen om de opwarming ruim beneden de 2°C te houden gerechtvaardigd zijn. Klimaatafspraken en klimaatbeleid berusten in de kern op een afwegen van risico’s, niet op een keuze tussen zekerheden. De wetenschap is zich daar terdege van bewust, zoals ook blijkt uit de rapportages van het IPCC, maar Berkhout lijkt dit punt volledig te missen.

Bart Strengers, klimaatonderzoeker Planbureau voor de Leefomgeving
Rob van Dorland, klimaatonderzoeker KNMI
Bart Verheggen, docent Earth and Climate Sciences, Amsterdam University College
Ernst Schrama, universitair hoofddocent, TU Delft
Hans Custers, klimaatblogger

Berkhout presenteert dus een constatering die volgt uit wetenschappelijk onderzoek alsof het een impliciete aanname zou zijn die door klimaatwetenschappers (al dan niet bewust) wordt verzwegen.

Helaas houdt de opinieredactie van het FD de “false balance” in stand, door pal naast onze brief een andere brief te plaatsen van (alweer) een emeritus hoogleraar: G.W. de Wit. Waar de kop – “Aarde heeft geen last van een stijgende temperatuur, mens wel” – nog het beste doet vermoeden, maakt de warrige inhoud dit allerminst waar. Zo lijkt De Wit niet te begrijpen dat voor mondiale problemen, zoals klimaatverandering of enkele decennia geleden de aantasting van de ozonlaag, mondiale afspraken nodig zijn, maar dat de meeste milieuproblemen veel beter op lokaal schaalniveau aangepakt kunnen worden. Er is helemaal geen wereldomvattend verdrag nodig om luchtverontreiniging in China aan te pakken, of waterverontreiniging in India. Onderhandelingen over zo’n veelomvattend verdrag zouden alleen maar vertragend werken.

Het mondt uit in de verzuchting dat we dat ingewikkelde klimaat nou maar eens goed moeten gaan onderzoeken. Blijkbaar is De Wit niet alleen slecht geïnformeerd over de inzichten die een kleine twee eeuwen klimaatonderzoek hebben opgeleverd, maar is hij zelfs niet op de hoogte van het bestaan van dat onderzoek.

16 Reacties op “Nee, de klimaatwetenschap maakt geen melding van aannames die men helemaal niet doet

  1. Bedankt voor de link. Mooi artikel.

    Like

  2. De link aan het einde van het blogstuk was weliswaar goed voor een mooi plaatje en het was bovendien interessant maar linken naar artikelen in het FD heeft weinig nut als er geen citaten bij zitten. Volgens mij kan bijna niemand die opinie stukken en reacties openen…

    Like

  3. G.J. Smeets

    Bart, Hans

    dit is een efficiënte en efffectieve wijze om twijfelbrigadiers de pas af te snijden. Zonder discussie over details (welke leek snapt die?) en met info over de klimatologische en risico-analytische basics die elke VWO-er snapt. Mooi specimen van wetenschapscommunicatie.

    Like

  4. Hans Custers

    Lieuwe,

    Als je je registreert bij het FD kun je gratis een aantal artikelen (ik meen 5) per maand lezen op hun site. Dan zouden de links ook moeten werken.

    Goff,

    Dank!

    Like

  5. In het stukje waar naar verwezen wordt staat een hardnekkig misverstand dat steeds weer opduikt namelijk dat licht wel door de atmosfeer wil maar infrarood wordt tegengehouden. Dit klopt niet als zodanig. Circa de helft van de invallende zonne-energie bestaat uit infrarood en dat zou dan ook niet door de atmosfeer heen kunnen komen. Het moet zijn zonne-energie(SWR gebied van 0 tot 2,5 micrometer) versus aardenergie(LWR gebied tussen 2,5 en 100 micrometer) en dan ziet het verhaal er iets anders uit. Overigens heeft Fourier in een ander meer bekend artikel het broeikaseffect uitdrukkelijk afgewezen. zie de volgende link: http://fourier1824.geologist-1011.mobi

    Like

  6. “De kreet zou moeten zijn ‘red de mensheid’. Want wij wonen met te velen in te laag gelegen gebieden.”(G.W. de Wit.)

    Bekende kreet! (Iets met tweeling steden?)

    Like

  7. Raymond, kun je aangeven waar in dat artikel Fourier het broeikaseffect uitdrukkelijk afwijst?

    In het artikel staat “because luminous heat flowing in, penetrates, with little difficulty, the interior of the mass, and non-luminous heat has more difficulty in finding a way out in a contrary direction.”
    Dat is een (zeer) rudimentaire beschrijving van het broeikaseffect.

    Like

  8. Bob Brand

    Hi Raymond,

    Wat Fourier schrijft is dat het binnenkomende kortgolvige zonlicht (bijna) ongehinderd door de atmosfeer wordt doorgelaten, terwijl de uitgaande langgolvige warmtestraling voor een beduidend deel niet wordt doorgelaten. In het fragment dat Marco aanhaalt:

    ‘luminous heat flowing in’ = binnenkomend kortgolvig zonlicht
    ‘non-luminous heat’ = uitgaande langgolvige warmtestraling (langgolvig infrarood)

    Bedenk wel dat dit in de tijd van Fourier (1824) een hypothese was. Men snapte toen al wel dat warme voorwerpen onzichtbare warmtestraling verliezen die je met het blote oog niet kan zien tenzij het roodgloeiend etc. wordt. Ik moest het even nazoeken, waarschijnlijk was het Melloni die als eerste (1835) deze warmtestraling ging meten:

    https://en.wikipedia.org/wiki/Macedonio_Melloni

    Gedetailleerde spectra van de langgolvige warmtestraling kende men toen nog niet, dat begon zo ongeveer met Tyndall (1861).

    Zo’n 99% van het vermogen in Watt/m^2 dat we van de zon binnenkrijgen is ‘kortgolvig’ met een golflengte < 4 μm. Zie de Planck curve bij 5800 Kelvin, de kleurtemperatuur van het zonlicht. Van de uitgaande langgolvige warmtestraling (Outgoing Longwave Radiation > 4 μm) wordt er echter een beduidend deel ‘afgeknepen’ door broeikasgassen als H2O, CO2 en CH4.

    Een heel goede, compacte samenvatting staat hier:

    https://scienceofdoom.com/2010/06/01/the-sun-and-max-planck-agree/

    Like

  9. De afkeer tegen in elk geval de analogie van een broeikas vindt je vanaf blz. 153. Maar de passage die je aanhaalt is een beschrijving van het broeikaseffect in een manier die voor die tijd er mee door kan. Maar met de kennis van tegenwoordig kun je niet meer aan komen met een verhaal van zonlicht dat ongehinderd door de atmosfeer valt en infrarood van de Aarde die dat niet kan. Bijna de helft van de invallende zonne-energie bestaat uit IR.

    Like

  10. Bob Brand

    Hi Raymond,

    De afkeer tegen in elk geval de analogie van een broeikas vindt je vanaf blz. 153.

    Er staat niets over ‘afkeer’ op die blz. 153. Wat Fourier daar beschrijft (in een terminologie die nog in ontwikkeling was aan het begin v.d. 19e eeuw), zijn de verschillende warmte-overdrachtsprocessen geleiding, convectie en straling:

    http://www.edinformatics.com/math_science/how_is_heat_transferred.htm

    De term ‘broeikasgas’ of ‘broeikaseffect’ bestond toen nog niet, maar Fourier gebruikt de glazen broeikas alleen als een gedachte-experiment om de verschillende processen die er in de atmosfeer spelen, te illustreren:

    It is difficult to know how far the atmosphere influences the mean temperature of the globe; and in this examination we are no longer guided by a regular mathematical theory. It is to the celebrated traveller, M. de Saussure, that we are indebted for a capital experiment, which appears to throw some light on this question. …

    Fourier maakt correct onderscheid tussen convectie enerzijds en de doorlaatbaarheid voor kortgolvig licht vs. langgolvige warmtestraling anderzijds:

    It is sufficient to remark, 1st, that the acquired heat is concentrated, because it is not dissipated immediately by renewing the air; 2nd, that the heat of the sun, has properties different from those of heat without light. …

    Bijna de helft van de invallende zonne-energie bestaat uit IR.

    Je bent verstrikt in de terminologie. De klimaatwetenschap maakt niet zozeer onderscheid tussen zichtbaar licht en ‘IR’ maar tussen:

    – golflengte < 4 μm (inkomend kortgolvig zonlicht)
    – golflengte > 4 μm (uitgaande langgolvige warmtestraling)

    In populaire stukjes noemt men dat laatste soms 'IR' maar dat begint, strikt genomen, al bij > 0.79 μm.

    Like

  11. Raymond, ik zie geen afkeer voor een eventuele analogie van een broeikas in wat Fourier schrijft vanaf blz 153. Au contraire, in dat deel komt hij nou juist met dezelfde beschrijving die ik citeerde: “luminous heat” komt binnen, “non-luminous heat” eruit, maar dat gaat moeilijker, en dus stijgt de temperatuur.

    Dat onze kennis nu beter is dan toen, is begrijpelijk. Zoals Bob al aangeeft, er was veel wat men toen nog niet wist. Ray Pierrehumbert en William Connolley hebben overigens beiden een geannoteerde vertaling van het artikel van Fourier gemaakt. Daarin wordt nog wel wat meer problemen aangegeven, als je de kennis van vandaag op Fourier loslaat.

    Like

  12. Er is misschien een punt waar klimaatwetenschappers wel aannames doen die op gespannen voet staan met de werkelijkheid. En dat is dat waste heat in vergelijking met het broeikaseffect weinig voorstelt. Volgens mijn berekeningen zou waste heat best wel eens een substantiële bijdrage kunnen leveren aan de opwarming van de Aarde.

    Like

  13. Bob Brand

    Hallo Raymond,

    We dwalen nu te ver af van bovenstaand blogstuk. Alsjeblieft hier verder over ‘waste heat’:

    https://klimaatverandering.wordpress.com/2017/04/28/open-discussie-voorjaar-2017/#comment-20226

    Like

  14. Wij van de firma stropop roepen hard dat de ander een stropop bouwt. We blazen 1 zin op en doen dan net alsof de mening van Guus Berkhout niet op gedegen kennis van feiten berust.

    Like

  15. Hans Custers

    Louis,

    Misschien moet je de brief nog een keer lezen. Er staat niet zomaar dat Berkhout een stropop bouwt, maar die constatering wordt met argumenten onderbouwd.

    Like

  16. G.J. Smeets

    Louis,
    je bent inderdaad van de firma stropop. En Berhout ook. Het is allemaal beargumenteerd zonder stropoppen. Heb je nog een popje?

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s