Tagarchief: Rolf Schuttenhelm

Wereld nadert blessuretijd om reusachtige klimaatramp in Atlantische Oceaan te voorkomen

Gastblog door Rolf Schuttenhelm

Een alarmbel in de Volkskrant: instorting van de warme Golfstroom zou al over enkele decennia kunnen plaatsvinden, met verstrekkende gevolgen, zoals een radicale afkoeling van Europa, inclusief een de facto einde aan de akkerbouw. Klopt die tijdlijn? Kloppen de gevolgen? En valt er nog iets aan te doen? Het zijn prangende vragen, gezien de enorme gevolgen voor onze eigen samenleving en de volledige mensheid – áls dit verhaal klopt.

Hier vast het korte antwoord: de studies rammelen nog wat, maar de metingen zijn zorgwekkend. De gevolgen liggen waarschijnlijk anders, maar zijn daarmee – ook voor Nederland – helaas niks minder ernstig. En ja, er is handelingsperspectief – maar de tijd dringt.

Even de basis: dankzij de warme Golfstroom heeft Europa sinds mensenheugenis een mild klimaat, met volop akkerbouw en grote aantallen mensen. Door diezelfde oceaanstroming zijn ook elders op de planeet de kaarten geschud zoals we ze kennen: de ligging van de Sahara, tropische regenwouden, kustzeeën vol plankton en vis.

Die realiteit kan volledig op z’n kop worden gezet als de Golfstroom stilvalt. En dat is precies waar wetenschappers al vele jaren voor waarschuwen, als een van de meest paradoxale gevolgen van de huidige klimaatverandering

Maar volgens oude modelstudies was die toekomst ‘geruststellend’ ver weg. Ineenstorting van de Atlantic Meridional Overturning Circulation (AMOC), zoals de stroming officieel heet, zou pas over eeuwen zover zijn, als de Groenlandse ijskap ver genoeg was afgesmolten om met een grote hoeveelheid zoet smeltwater het aandrijfmechanisme van de stroming om zeep te helpen. Andere gevolgen van klimaatverandering, zoals toename van weersextremen, leken veel urgenter – die zien we nu al.

Oceaanstromingen in het Noorden van de Atlantische Oceaan. Bron: R. Curry, Woods Hole Oceanographic Institution/Science/USGCRP

80 procent minder landbouw

Dat beeld begon te schuiven nadat wetenschappers tien jaar geleden begonnen met structurele metingen van een belangrijke aftakking van de stroming bij Groenland – en die metingen naast hun modellen legden. Voorzichtige conclusie: de werkelijkheid zou wel eens een stuk sneller kunnen gaan dan de projecties. Sindsdien rommelt het in de academische wereld.

Lees verder

Deze koudegolf is zeldzaam, maar lag in lijn der verwachting. Zelfs specifiek voor (februari) 2021

Gastblog van Rolf Schuttenhelm

Nederland is in de greep van een ‘ouderwetse’ koudegolf. Opmerkelijk, voor wie zich bewust is van de langetermijntrend van de Nederlandse winters, die sinds 1950 al ruim 2 graden zijn opgewarmd, en circa 3 graden sinds 1800 – een opwarming die nog lang niet afgelopen is.

Toch is deze vorst binnen de opwarmende trend eerder achterstallig, dan een terugval. Een paar jaar geleden becijferde het KNMI de jaarlijkse kans op een winter met voldoende kou voor een Elfstedentocht nog op 8 procent. Eens in de 12 jaar dus, statistisch.

Maar in realiteit wachten we al ruim twee keer zo lang, sinds 1997 – de laatste winter die op basis van het koudegetal nog officieel classificeert als ‘koud’ (de schaatswinter van 2010 was ‘normaal’, die van 1985 de laatste ‘zeer koude’ en die van 1963 de laatste ‘strenge’ – alles gerekend in het Hellmanngetal, een maat voor cumulatieve vorst).

Het moest er dus wel een keer van komen, óók in een opwarmend klimaat. Bovendien zijn en blijven op onze breedtegraad juist in de winter uitschieters normaal: Nederland kent een veel groter temperatuurverschil tussen een zachte en koude winter, dan tussen een hete en koele zomer.

Maar zagen we deze koudegolf niet al van wat verder aankomen? De officiële lezing is dat ‘seizoensverwachtingen’ – ruim voorbij de horizon van de (inmiddels behoorlijk betrouwbare) 14-daagse weersverwachting – het domein zijn van commerciële charlatans. Je kunt er even flink mee scoren in de media (vooral met koud weer!), en scoren betekent ‘click & views’ en dus advertentie-inkomsten. Dat de jaarlijks voorspelde horrorwinter steevast niet kwam, had voor de commerciële weersverwachters nooit gevolgen – het jaar daarop kregen ze in dezelfde media toch wel weer gehoor met een volgend kulverhaal.

Onderschrift: Overzicht van koudegolven en Elfstedentochten. Bron: Datagraver, op basis van data KNMI. De laatste koudegolf dateert van 2011.

Lees verder

Californië wordt heter en droger – en dan is één vonk genoeg

Gastblog van Rolf Schuttenhelm

Foto van een bosbrand bij Yosemite National Park in 2013. De grootste brand van dat jaar is de tot nog toe zesde meest omvangrijke bosbrand in Californië – overtroffen door onder andere branden in 2018 en 2019 – en begon uit een kampvuurtje van een jager. De grootste bosbrand van 2018 valt te herleiden tot een vonk van een hamer op een ijzeren paal. En dit jaar worden de elektriciteitskabels genoemd. Maar valt daarmee te verklaren dat het aantal bosbranden nu gemiddeld acht keer zo groot is als in de jaren 70? Een vonk richt weinig uit als die op een vochtige bosbodem valt (het werkelijke ‘geheim van de Finnen’). Bron afbeelding: US Department of Agriculture.

De Amerikaanse staat Californië wordt momenteel weer geteisterd door uitzonderlijke felle bosbranden. Maar waren Californische bosbranden vorig jaar niet ook groot nieuws? En de jaren ervoor? Is er sprake een toename, en zo ja, wat is de oorzaak?

Ja, inderdaad zijn er nu twee jaren op rij waarin grote delen van de Californische bossen in rook opgaan – en ook over een wat grotere tijdschaal nemen de bosbranden in Californië toe. Het jaarlijks verbrande gebied is nu vijf keer zo groot als in de jaren 70, met tussen 1972 en 2018 een achtvoudige toename in zomerse bosbranden. De huidige bosbranden niet meegerekend, hebben 12 van de 15 grootste Californische branden plaatsgevonden sinds het jaar 2000.

In de zoektocht naar de oorzaken van de natuurbranden komt al gauw een afkorting naar boven: PG&E. Dat staat voor Pacific Gas & Energy, een energiebedrijf dat verantwoordelijk is voor een deel van de elektriciteitskabels die door de Californische bossen lopen, waar vaak de term ‘utilities’ voor wordt gebruikt. Omdat PG&E deze infrastructuur slecht zou onderhouden, kunnen boomtakken de bedradingen raken, waardoor vonken overspringen en branden ontstaan. Lees verder