Categorie archief: Maarten Keulemans

Maarten Keulemans over ClimateDialogue

Maarten Keulemans had verleden week week twee stukjes in de Volkskrant over ClimateDialogue, het nieuwe discussieplatform over klimaatwetenschap waar veel over te doen is in de blogosfeer. De laatste van die twee geeft een aardig beeld van de verhitte discussie erover:

‘absurd’ en ‘volstrekt onnodig’, reageerden diverse experts. De wetenschap heeft immers al plaatsen waar klimaatonderzoekers met elkaar kunnen discussiëren: in vaktijdschriften en op congressen.

(…)

de site mocht eens de verkeerde indruk wekken: alsof de wetenschap diep verdeeld is over de vraag of de aarde wel opwarmt. Of dat de waarheid ergens in het midden zou liggen. In werkelijkheid ligt het wetenschappelijke gelijk vooral aan de kant van het IPCC: zo is boven iedere wetenschappelijke twijfel verheven dat de aarde opwarmt door menselijk uitgestoten CO2. Het zijn dan ook vooral onderzoekers van de gevestigde orde – en belanghebbenden uit de opbloeiende duurzaamheidsindustrie – die zich verzetten tegen het idee.

De gevestigde orde onderschat echter één ding. De klimatologie is, vooral in de jaren rond de eeuwwisseling, sterk gepolitiseerd geraakt. Direct om de hoek liggen kolossale belangen, en woedt de culturele strijd tussen twee diametraal tegengestelde levensstijlen – die van overconsumptie en goedkope, fossiele energie aan de ene kant, en die van matiging, duurzaamheid en aandacht voor het milieu aan de andere.

Daar heeft hij een goed punt (al schrijft hij de grotendeels terechte bezwaren tegen de “false balance” die op de loer ligt wel wat gekscherend weg). Maar het is inderdaad vooral de ver doorgevoerde polarisatie die juist voor de mainstream wetenschap heel verkeerd uitpakt.  ClimateDialogue heeft nu juist de opzet om te de-polariseren.

Het eerdere stukje van Keulemans  was meer tendentieus. Hij noemde ClimateDialogue een “polderakkoord”, alsof wetenschap een kwestie van geven en nemen is (terwijl het natuurlijk om de sterkte van de argumentatie gaat).  Ook poneerde hij een tegenstelling tussen twee extreme standpunten (‘sceptici’ en ‘alarmisten’ of ‘opwarmers’), en maakte hij nauwelijks woorden vuil aan het gros van de wetenschap(pers), die zich ergens in het midden van dat spectrum bevindt. Dat geeft een vertekend beeld van het wetenschappelijk debat. De relatief kleine groep wetenschappers die van mening is dat de mens nauwelijks bijdraagt aan de opwarming (‘sceptici’) heeft wel disproportioneel veel invloed op het publieke en het politieke debat, daarin gevoed door de gewillige media. De groep die door Keulemans als ‘alarmisten’ werd weggezet is nog kleiner; er zijn maar weinig wetenschappers die denken dat de klimaatgevoeligheid meer dan 5 graden per CO2 verdubbeling is. Het inzoomen op (en overdrijven van) de tegenstelling is natuurlijk een manier om de lezer te prikkelen, maar vanuit het oogpunt de lezer te willen informeren over de wetenschappelijke denkbeelden vind ik het een gemiste kans.

Mede-blogger Jos Hagelaars heeft een ingezonden brief geplaatst gekregen in de Volkskrant, waarin hij op Maarten Keulemans reageert. Ik geef het hieronder integraal weer:

Er zou een ‘polderakkoord’ in de klimaatwetenschap gesloten zijn, schreef Maarten Keulemans afgelopen zaterdag in Ten Eerste. De aanleiding: de start van een nieuwe discussiewebsite waar wetenschappers waar de klimaatwetenschap besproken wordt, waarbij ook wetenschappers worden uitgenodigd met een mening die afwijkt van de wetenschappelijke consensus.

Keulemans laat voornamelijk Marcel Crok (die wetenschappelijk gezien een extreem standpunt vertegenwoordigt) aan het woord met daarnaast een curieuze opsomming ‘splijtzwammen’, waar vertekende meningen van zogenaamde ‘sceptici’ en ‘opwarmers’ tegenover elkaar geplaatst worden. Keulemans wekt de indruk dat er binnen de klimaatwetenschap grote discussies zouden zijn over de hoofdlijnen van de klimaatwetenschap. De term “polderakkoord” doet vermoeden dat twee even grote partijen met elkaar in overleg gaan, waarbij de lezer wellicht denkt dat de waarheid in het midden zal liggen. Niets is minder waar.

97% van de klimaatwetenschappers heeft over de hoofdlijnen eenzelfde opvatting over de invloed van diverse factoren op het klimaat, waaronder CO2. De volledige breedte van de stand van zaken in de klimaatwetenschap wordt regelmatig samengevat door het IPCC. Het aantal klimaatwetenschappers dat daar kanttekeningen bij plaatst is bijzonder klein, maar nuttig. Een wetenschappelijke theorie moet immers elke toets der kritiek kunnen doorstaan.

Dit kleine aantal staat in schril contrast met de talloze ‘pseudo-sceptische’ blogsites waar de meest wilde hypothesen worden opgeworpen over het klimaat met één gemene deler: dat de mens kan geen invloed zou kunnen hebben op het klimaat. In de klimaatwetenschap zijn er niet twee even grote groepen met tegengestelde meningen over de oorzaken van klimaatverandering en de waarheid ligt zeker niet in het midden.

Botsing van ideologieen: De waarheid ligt niet per se in het midden

Martijn van Calmthout en Maarten Keulemans merken heel terecht het volgende op:

Klimaatdebat gaat niet om wetenschap maar om botsing van ideologieën

in hun reactie op de sceptische Wall Street Journal vertaling in de Volkskrant:

De critici hebben gelijk dat er politieke, maatschappelijke en economische krachten zijn die er baat bij hebben hel en verdoemenis te preken. Maar omgekeerd laten ook veel critici zich leiden door belangen, uiteenlopend van het in stand houden van de olie-economie tot de typisch Amerikaanse afkeer van staatsbemoeienis.

In dat intens gepolitiseerde krachtenveld vullen beide kampen de wetenschappelijke onzekerheidsmarges naar eigen believen in en misbruikt zowel links als rechts de wetenschap om zijn gelijk te halen.

Deze analyse klopt volgens mij, maar is tegelijkertijd incompleet. De (implicaties van de) klimaatwetenschappelijke inzichten conflicteren veel sterker met de ene dan met de andere ideologie: Aanhangers van de “anti-overheid” ideologie zijn daarom veel meer geneigd om die wetenschappelijke inzichten te vervormen. Bij andere wetenschappelijke thema’s (bijvoorbeeld vaccinaties) is het andersom, en wordt de wetenschap veeleer vervormd door aanhangers van een andere (“natuurlijkheids”) ideologie. Er is dus niets inherents goeds of fouts aan deze of gene ideologie, maar zij hebben allen hun eigen specifieke blinde vlekken wat betreft hun kijk op de werkelijkheid:

Rather than facts driving beliefs, our beliefs can dictate the facts we chose to accept

Van Calmthout en Keulemans proberen zichzelf in een objectief middenveld te manoeuvreren door beide kanten in gelijke mate te bekritiseren. De opmerking over Al Gore past daar ook heel goed bij. De waarheid heeft echter de vervelende eigenschap om zich niets aan te trekken van wat deze of genen erover zeggen, en dus ligt de waarheid niet per se in het midden. Het is heel goed mogelijk, en in dit geval zelfs waarschijnlijk, dat de ene kant de werkelijkheid meer geweld aandoet dan de andere kant.

(cartoon Tom Toles, via SkS)

De volgende tweet van Maarten Keulemans is illustratief voor het diepgewortelde geloof in hoe de waarheid wordt beïnvloed door het spectrum aan meningen:

Hoop lof over klimaatstuk met @vancalmthout in #vk. Paar linksen die het te rechts vonden. En paar rechtsen die het te links was. #inbalans

Een balans van meningen kan een bias betekenen qua wetenschappelijke geloofwaardigheid. Hoe daarmee om te gaan vormt een grote uitdaging voor de wetenschapsjournalistiek.

Lees ook deze schitterende parodie op de onenigheid tussen twee wetenschappers over de aard van een beestje: Is het eend of niet? Een zeer gebalanceerde journalist concludeert:

“Reputable scientists disagree. There is a debate. The question is far from settled. The truth probably lies between the two extremes of duck and not-duck.”

Over ideologische motieven om de wetenschappelijke inzichten geweld aan te doen schreef ik eerder het volgende (wie heeft er gelijk?):

Hoe verleidelijk is het om vanuit een wereldbeeld waarin elk overheidsingrijpen wordt verafschuwd, de bewijsvoering geweld aan te doen, als die zou kunnen leiden tot een sterkere roep voor overheidsmaatregelen? En hoe verleidelijk is het om vanuit een wereldbeeld waarin problemen juist het best door de overheid kunnen worden opgelost, een nepprobleem te verzinnen (of een bestaand probleem uit te vergroten) om daartegen maatregelen te verlangen? Is er een gebrek aan potentiële problemen dan, waar de overheid zich op zou kunnen storten?

 

Reacties op de Wall Street Journal brief in de Volkskrant

Het blijft lastig uit te leggen, die korte termijn temperatuur trends. Zo schreven Martijn van Calmthout en Maarten Keulemans, in reactie op sceptische Wall Street Journal vertaling:

Inderdaad staat de opwarming van de aarde al zo’n 10 tot 15 jaar nagenoeg stil. Het is wel warmer dan zo’n vijftig jaar geleden, maar nóg warmer wil het al jaren niet worden. Dat geeft aan dat er van een lineaire, een-op-een-relatie met CO2 geen sprake is en we niet in rap tempo opmarcheren richting afgrond, zoals Al Gore destijds suggereerde.

Hier laten ze na om het belangrijke verschil te duiden tussen korte termijn variaties en de lange termijn onderliggende trend. Met jaarlijkse variaties tot +/- 0.25 graden is het volstrekt logisch dat er perioden zijn van 10-15 jaar waarin de onderliggende trend (0.17 graden per jaar over de afgelopen 35 jaar) tijdelijk gemaskeerd wordt. Twee alinea’s verder zeggen ze weliswaar dat de “stilstand” toeval kan zijn en aan een aantal koele La Nina jaren kan liggen, maar dat voelt een beetje als mosterd na de maaltijd.

De opmerking over Al Gore lijkt vooral strategisch bedoeld te zijn, om zichzelf als het zogenaamd objectieve midden te profileren door naar beide kanten uit te halen; daarover later meer.

De algemene teneur van hun reactie vind ik echter erg goed: De focus ligt op de grote lijnen van wat er bekend is (CO2 houdt warmte vast), op hoe wetenschap werkt (niets is ooit zeker), en op de redenen achter de grote publieke onenigheid over klimaatverandering (botsing van ideologieën).

Heel sterk is de volgende passage:

Wat de klimaatsceptici echter vergeten, is dat de meeste aanwijzingen wel één kant op wijzen. ‘Onweerlegbaar’ is dat CO2 infraroodstraling absorbeert en weer naar alle kanten uitzendt, de reden waarom atmosferen met veel CO2 warmte beter vasthouden dan atmosferen zonder CO2. Dat gegeven alleen al, gecombineerd met de waargenomen sprong in oppervlaktetemperaturen tussen 1975 en 2000, maakt het aannemelijk dat de dampkring opwarmt door menselijk toedoen.

Ze eindigen hun opiniestuk met de terechte opmerking dat onzekerheid niet betekent dat er geen maatregelen getroffen zouden moeten worden (in een sneeuwstorm rijden de meeste mensen per slot van rekening ook langzamer):

Liever achteraf constateren dat het best meeviel, dan straks moeten vaststellen dat we een ecologische ramp over ons hebben afgeroepen die we hadden kunnen voorkomen.

Al is dat natuurlijk een normatieve uitspraak, die buiten het gebied van de klimaatwetenschap ligt.

Maarten Keulemans ging in een blogpost dieper in op de 16 briefondertekenaars:

Hun gemiddelde leeftijd is 72 jaar. Zes hebben duidelijke en directe banden met de olie-industrie. Tien komen uit een hoek die inhoudelijk niets met het klimaat te maken heeft (…) En haast allemaal zijn ze verbonden aan rechts-conservatieve ‘denktanks’ en lobbygroepen (…).

Martijn van Camlthout schreef op zijn nieuwe blog over het gewraakte stuk:

Het (…) is geen opiniestuk, maar een kletsverhaal, dat er op speculeert dat de lezer eigenlijk van toeten noch blazen weet. Wat grosso modo natuurlijk ook zo is.

Kritisch blijven kijken naar de argumenten en de geloofwaardigheid is het devies.

Vandaag verscheen nog een aantal reacties in de Volkskrant, o.a. van J. van Huissteden, associate professor VU (specialisatie geologie en klimaatverandering):

De ideologische drijfveren van de auteurs worden duidelijk als het om de economie gaat.

De economie moet de komende vijftig jaar vooral niet gehinderd worden door het terugdringen van broeikasgassen. De auteurs zijn kennelijk voorstanders van een ongehinderde vrije markt, waarin het voorzorgprincipe niet geldt, ook al gaat het om de basis van ons bestaan.

Zelf geven de auteurs toe dat we nog niet genoeg weten over het klimaat. Waarom dan wel zo stellig ontkennen dat er iets aan de hand is? Doorgaan op de oude voet met broeikasgassen is een onverantwoord experiment met een systeem dat we niet voldoende kennen, terwijl de kans op desastreuze gevolgen zeer groot is.

Een zeer terechte opmerking over de dubbele moraal t.a.v. onzekerheid in dit stuk (en in veel andere sceptische redeneringen): Onzekerheid wordt uitvergroot als het om de mainstream inzichten gaat, en onzekerheid lijkt ineens niet meer te bestaan als het om het bagatelliseren van die mainstream gaat. Dat is niet consistent.

Happy Valentine’s day, as uncertain as love may be